3
De kinderen van Ruben, den eerstgeborene van Israel, zijn Hanoch en Pallu, Hezron en Charmi.
4
De kinderen van Joel: zijn zoon Semaja; zijn zoon Gog; zijn zoon Simei;
5
Zijn zoon Micha; zijn zoon Reaja; zijn zoon Baal;
6
Zijn zoon Beera, welken Tiglath-Pilneser, de koning van Assyrie, gevankelijk wegvoerde; hij was de vorst der Rubenieten.
7
Aangaande zijn broederen in hun huisgezinnen, als zij naar hun geboorten in de geslachtsregisters gesteld werden; de hoofden zijn geweest Jehiel en Zecharja,
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.