2 Kronieken 24:25

25 En toen zij van hem getogen waren (want zij lieten hem in grote krankheden), maakten zijn knechten, om het bloed der zonen van den priester Jojada, een verbintenis tegen hem, en zij sloegen hem dood op zijn bed, dat hij stierf; en zij begroeven hem in de stad Davids, maar zij begroeven hem niet in de graven der koningen.

2 Kronieken 24:25 Meaning and Commentary

2 Chronicles 24:25

And when they were departed from him
Having got what wealth and spoil they could:

for they left him in great diseases;
through the wounds they gave him, and the distress they brought him into:

his own servants conspired against him, for the blood of the sons of
Jehoiada the priest;
for perhaps more than one was slain at the same time; the rest vindicating the cause of their brother, shared the same fate; or the plural is put for the singular:

and slew him on his bed;
in the house of Millo, where he lay ill of his wounds, and sick of his diseases, and could not defend himself:

and he died:
of the wounds his servants gave him:

and they buried him in the city of David, but they buried him not in
the sepulchres of the kings;
see ( 2 Kings 12:21 ) .

2 Kronieken 24:25 In-Context

23 Daarom geschiedde het met den omgang des jaars, dat de heirkracht van Syrie tegen hem optoog, en zij kwamen tot Juda en Jeruzalem, en verdierven uit het volk al de vorsten des volks; en zij zonden al hun roof tot den koning van Damaskus.
24 Hoewel de heirkracht van Syrie met weinig mannen kwam, evenwel gaf de HEERE in hun hand een heirkracht van grote menigte, dewijl zij den HEERE, den God hunner vaderen, verlaten hadden; alzo voerden zij de oordelen uit tegen Joas.
25 En toen zij van hem getogen waren (want zij lieten hem in grote krankheden), maakten zijn knechten, om het bloed der zonen van den priester Jojada, een verbintenis tegen hem, en zij sloegen hem dood op zijn bed, dat hij stierf; en zij begroeven hem in de stad Davids, maar zij begroeven hem niet in de graven der koningen.
26 Dezen nu zijn, die een verbintenis tegen hem maakten: Zabad, de zoon van Simeath, de Ammonietische, en Jozabad, de zoon van Simrith, de Moabietische.
27 Aangaande nu zijn zonen, en de grootheid van den last, hem opgelegd, en het gebouw van het huis Gods, ziet, zij zijn geschreven in de historie van het boek der koningen; en zijn zoon Amazia werd koning in zijn plaats.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.