2 Samuël 7:15

15 Maar Mijn goedertierenheid zal van hem niet wijken, gelijk als Ik die weggenomen heb van Saul, dien Ik van voor uw aangezicht heb weggenomen.

2 Samuël 7:15 Meaning and Commentary

2 Samuel 7:15

But my mercy shall not depart away from him
Which is not to be understood of special mercy and grace, though it is true of these with respect to Solomon, and so to all the adopted children of God, see ( Psalms 89:32 Psalms 89:33 ) ; but then this here designs such mercy as may be taken away from another, and as it was from Saul, as it follows:

as I took [it] from Saul, whom I put away before thee;
and therefore must be understood of his mercy and kindness, in giving him a kingdom, and setting him on the throne; this should not be taken away from him, as it was from Saul, whom God rejected from being king; not him personally, but his posterity; but so the Lord would not do, nor did he, to Solomon, in whose posterity the kingdom of Judah continued to the Babylonish captivity.

2 Samuël 7:15 In-Context

13 Die zal Mijn Naam een huis bouwen; en Ik zal den stoel zijns koninkrijks bevestigen tot in eeuwigheid.
14 Ik zal hem zijn tot een Vader, en hij zal Mij zijn tot een zoon; dewelke als hij misdoet, zo zal Ik hem met een mensenroede en met plagen der mensenkinderen straffen.
15 Maar Mijn goedertierenheid zal van hem niet wijken, gelijk als Ik die weggenomen heb van Saul, dien Ik van voor uw aangezicht heb weggenomen.
16 Doch uw huis zal bestendig zijn, en uw koninkrijk tot in eeuwigheid, voor uw aangezicht; uw stoel zal vast zijn tot in eeuwigheid.
17 Naar al deze woorden, en naar dit ganse gezicht, alzo sprak Nathan tot David.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.