Deuteronomium 18:1

1 De Levietische priesteren, de ganse stam van Levi, zullen geen deel noch erve hebben met Israel; de vuuroffers des HEEREN en zijn erfdeel zullen zij eten.

Deuteronomium 18:1 Meaning and Commentary

Deuteronomy 18:1

The priests, the Levites, and all the tribe of Levi, shall have
no part nor inheritance with Israel
That is, in the land of Canaan, in the division of it among the tribes:

they shall eat the offerings of the Lord made by fire, and his
inheritance;
the meat offerings, see ( Leviticus 2:2 Leviticus 2:3 ) ( Leviticus 6:17 Leviticus 6:18 ) , and whatsoever of the sin offerings and peace offerings which were the Lord's; so Ben Melech says, the flesh of the offerings which belonged to the priests was called fire offerings, after part of it was consumed by fire. All these, with other things, ( Numbers 18:8 Numbers 18:9 ) , were given, as the Targum of Jonathan expresses it, for their inheritance, in lieu of their having none in the land of Canaan.

Deuteronomium 18:1 In-Context

1 De Levietische priesteren, de ganse stam van Levi, zullen geen deel noch erve hebben met Israel; de vuuroffers des HEEREN en zijn erfdeel zullen zij eten.

2 Daarom zal hij geen erfdeel hebben in het midden zijner broederen; de HEERE is zijn Erfdeel, gelijk als Hij tot hem gesproken heeft.

3 Dit nu zal het recht der priesters zijn van het volk, van hen, die een offerande offeren, hetzij een os, of klein vee: dat hij den priester zal geven den schouder, en beide kinnebakken, en de pens.

4 De eerstelingen van uw koren, van uw most en van uw olie, en de eerstelingen van de beschering uwer schapen zult gij hem geven;

5 Want de HEERE, uw God, heeft hem uit al uw stammen verkoren, dat hij sta, om te dienen in den Naam des HEEREN, hij en zijn zonen, te allen dage.