Ezechiël 20:23

23 Ik hief ook Mijn hand tot hen op in de woestijn, dat Ik hen verspreiden zou onder de heidenen, en hen verstrooien in de landen;

Ezechiël 20:23 Meaning and Commentary

Ezekiel 20:23

I lifted up mine hand also to them in the wilderness
Swore unto them, as in ( Ezekiel 20:5 Ezekiel 20:6 Ezekiel 20:15 ) ; that I would scatter them among the Heathen, and disperse them through
the countries;
after they came to be settled in the land of Canaan, they sinning against the Lord; which was fulfilled in the times of the Babylonish captivity, and in their destruction by the Romans; but was threatened and foretold while they were in the wilderness, ( Leviticus 26:33 ) ( Deuteronomy 32:26 ) ; with this compare ( Psalms 106:26-30 ) .

Ezechiël 20:23 In-Context

21 Maar die kinderen waren ook wederspannig tegen Mij; zij wandelden niet in Mijn inzettingen, en Mijn rechten namen zij niet waar, om die te doen; dewelke, zo ze een mens doet, zal hij door dezelve leven; zij ontheiligden Mijn sabbatten, dat Ik zeide, Mijn grimmigheid te zullen uitgieten over hen, volbrengende Mijn toorn tegen hen in de woestijn.
22 Doch Ik keerde Mijn hand af, en deed het om Mijns Naams wil, opdat hij voor de ogen der heidenen niet zou ontheiligd worden, voor welker ogen Ik hen uitgevoerd had.
23 Ik hief ook Mijn hand tot hen op in de woestijn, dat Ik hen verspreiden zou onder de heidenen, en hen verstrooien in de landen;
24 Omdat zij Mijn rechten niet gedaan hadden, maar Mijn inzettingen verworpen en Mijn sabbatten ontheiligd hadden, en hun ogen achter de drekgoden hunner vaderen waren.
25 Daarom gaf Ik hun ook besluitingen, die niet goed waren, en rechten, waarbij zij niet leven zouden.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.