Handelingen 7:39

39 Denwelken onze vaders niet wilden gehoorzaam zijn, maar verwierpen hem, en keerden met hun harten weder naar Egypte;

Handelingen 7:39 Meaning and Commentary

Acts 7:39

To whom our fathers would not obey
But often murmured against him, and were disobedient to him, and to the oracles he delivered to them, and so to God, whose oracles they were:

but thrust him from them;
as one of the two Hebrews did, when he interposed to make up the difference between them; and which was an emblem and presage of what that people would afterwards do; ( Acts 7:27 )

and in their hearts turned back again into Egypt;
they wished themselves there again, they lusted after the fish, the cucumbers, the melons, leeks, onions, and garlic there; and went so far as to move for a captain, and even to appoint one to lead them back thither again.

Handelingen 7:39 In-Context

37 Deze is de Mozes, die tot de kinderen Israels gezegd heeft: De Heere, uw God, zal u een Profeet verwekken uit uw broederen, gelijk mij; Dien zult gij horen.
38 Deze is het, die in de vergadering des volks in de woestijn was met den Engel, Die tot hem sprak op den berg Sinai, en met onze vaderen; welke de levende woorden ontving, om ons die te geven.
39 Denwelken onze vaders niet wilden gehoorzaam zijn, maar verwierpen hem, en keerden met hun harten weder naar Egypte;
40 Zeggende tot Aaron: Maak ons goden, die voor ons heengaan; want wat dezen Mozes aangaat, die ons uit het land van Egypte geleid heeft, wij weten niet, wat hem geschied is.
41 En zij maakten een kalf in die dagen, en brachten offerande tot den afgod, en verheugden zich in de werken hunner handen.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.