Klaagliederen 4:10

10 Jod. De handen der barmhartige vrouwen hebben haar kinderen gekookt; zij zijn haar tot spijze geworden in de verbreking der dochter mijns volks.

Klaagliederen 4:10 Meaning and Commentary

Lamentations 4:10

The hands of the pitiful women have sodden their own children,
&c.] Such as were naturally, and agreeably to their sex, pitiful and compassionate; merciful to the poor, as the Targum; and especially tenderhearted to their own offspring; yet, by reason of the soreness of the famine, became so cruel and hardhearted, as to take their own children, and slay them with their own hands, cut them to pieces, put them into a pot of water, and make a fire and boil them, and then eat them, as follows: they were their meat in the destruction of the daughter of my people:
at the time of the destruction of Jerusalem. This strange and unnatural action was foretold by Moses, ( Deuteronomy 28:56 Deuteronomy 28:57 ) ; and though we have no particular instance of it on record, as done at the siege of Jerusalem by the Chaldeans, yet no doubt there was, as may be concluded from the words: and at the siege of it by the Romans, when many things here spoken of had a fuller accomplishment, we have a remarkable instance of it, which Josephus F1 relates; an illustrious woman, named Mary, pressed with the famine, slew her own son, a sucking child, boiled him, and ate part of him, and laid up the rest; which was found by the seditious party that broke into her house, which struck them with the utmost horror; (See Gill on Lamentations 2:20).


FOOTNOTES:

F1 De Bello Jud. l. 6. c. 3. sect. 4.

Klaagliederen 4:10 In-Context

8 Cheth. Maar nu is hun gedaante verduisterd van zwartigheid, men kent hen niet op de straten; hun huid kleeft aan hun beenderen, zij is verdord, zij is geworden als een hout.
9 Teth. De verslagenen van het zwaard zijn gelukkiger dan de verslagenen van den honger; want die vlieten daarhenen, als doorstoken zijnde, omdat er geen vruchten der velden zijn.
10 Jod. De handen der barmhartige vrouwen hebben haar kinderen gekookt; zij zijn haar tot spijze geworden in de verbreking der dochter mijns volks.
11 Caph. De HEERE heeft Zijn grimmigheid volbracht, Hij heeft de hittigheid Zijns toorns uitgestort; en Hij heeft te Sion een vuur aangestoken, hetwelk haar fondamenten verteerd heeft.
12 Lamed. De koningen der aarde zouden het niet geloofd hebben, noch al de inwoners der wereld, dat de tegenpartijder en vijand tot de poorten van Jeruzalem zou ingaan.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.