Mattheüs 14:28

28 En Petrus antwoordde Hem, en zeide: Heere! indien Gij het zijt, zo gebied mij tot U te komen op het water.

Mattheüs 14:28 Meaning and Commentary

Matthew 14:28

And Peter answered him and said
Who knew his voice, and was ready to believe it might be Christ; and having more courage, and being more forward than the rest of the disciples, ventured to speak to him; saying,

Lord, if it be thou;
for he was not fully assured that it was he: he might consider that nocturnal apparitions are deceitful, and that Satan can transform himself into an angel of light, and could put on the appearance, and mimic the voice of Christ; wherefore, to try whether it was a spectre, or really Christ, he says,

bid me come unto thee on the water;
thereby expressing great love and affection to Christ, being willing to come to him, though through danger, through storms and tempests; and also his strong faith in him, supposing it to be he; who, he knew, was as able to support his body on the water, as his own; and yet much modesty, submission, and dependence; not willing to take a step without his order.

Mattheüs 14:28 In-Context

26 En de discipelen, ziende Hem op de zee wandelen, werden ontroerd, zeggende: Het is een spooksel! En zij schreeuwden van vrees.
27 Maar terstond sprak Jezus hen aan, zeggende: Zijt goedsmoeds, Ik ben het, vreest niet.
28 En Petrus antwoordde Hem, en zeide: Heere! indien Gij het zijt, zo gebied mij tot U te komen op het water.
29 En Hij zeide: Kom. En Petrus klom neder van het schip, en wandelde op het water, om tot Jezus te komen.
30 Maar ziende den sterken wind, werd hij bevreesd, en als hij begon neder te zinken, riep hij, zeggende: Heere, behoud mij!
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.