Nehemia 13:14

14 Gedenk mijner, mijn God, in dezen; en delg mijn weldadigheden niet uit, die ik aan het huis mijns Gods en aan Zijn wachten gedaan heb.

Nehemia 13:14 Meaning and Commentary

Nehemiah 13:14

Remember me, O my God, concerning this
Not in a way of strict justice, as if he thought he merited anything at the hand of God for what he had done; but in a way of grace and mercy, that he would graciously accept thereof, as done for the honour of his name, and overlook all failings and infirmities therein, see ( Nehemiah 13:22 )

and wipe not out my good deeds that I have done for the house of my
God, and for the offices thereof;
for the support of the worship of God in the temple, and for the regulating of the wards and courses in it, both priests and Levites, and for the maintenance of them; which being done from a right principle, love to God, and with a right view, the glory of his name, might be truly reckoned good works: and which he desires might not be wiped or blotted out of the book of his remembrance, see ( Hosea 6:10 ) .

Nehemia 13:14 In-Context

12 Toen bracht gans Juda de tienden van het koren, en van den most, en van de olie, in de schatten.

13 En ik stelde tot schatmeesters over de schatten, Selemja, den priester, en Zadok, den schrijver, en Pedaja, uit de Levieten; en aan hun hand Hanan, den zoon van Zakkur, den zoon van Matthanja; want zij werden getrouw geacht, en hun werd opgelegd aan hun broederen uit te delen.

14 Gedenk mijner, mijn God, in dezen; en delg mijn weldadigheden niet uit, die ik aan het huis mijns Gods en aan Zijn wachten gedaan heb.

15 In dezelfde dagen zag ik in Juda, die persen traden op den sabbat, en die garven inbrachten, die zij op ezels laadden; als ook wijn, druiven en vijgen, en allen last, dien zij te Jeruzalem inbrachten op den sabbatdag; en ik betuigde tegen hen ten dage, als zij eetwaren verkochten.

16 Daar waren ook Tyriers binnen, die vis aanbrachten, en alle koopwaren, die zij op den sabbat verkochten aan de kinderen van Juda en te Jeruzalem.