Nehemia 6:3

3 En ik zond boden tot hen, om te zeggen: Ik doe een groot werk, zodat ik niet zal kunnen afkomen; waarom zou dit werk ophouden, terwijl ik het zou nalaten, en tot ulieden afkomen?

Nehemia 6:3 Meaning and Commentary

Nehemiah 6:3

And I sent messengers unto them
He did not show any open contempt of them, nor did he even return answer by the messenger that came from them, but sent some of his own people to them:

saying, I am doing a great work;
was about an affair of great importance, very busy, and not at leisure to give them a meeting:

so that I cannot come down;
Jerusalem being built on an eminence, and the place proposed to meet at in a plain, going thither is expressed by coming down:

why should the work cease, while I leave it, and come down to you?
signifying that it would cease if he left it; and it being of greater consequence than anything they could have to converse about, he argues it would be wrong to relinquish it on such an account; this was the reason he thought fit to give, but was not the only, nor the principal reason, which is suggested in the preceding verse.

Nehemia 6:3 In-Context

1 Voorts is het geschied, als van Sanballat, en Tobia, en van Gesem, den Arabier, en van onze andere vijanden gehoord was, dat ik den muur gebouwd had, en dat geen scheur daarin was overgelaten; ook had ik tot dezen tijd toe de deuren niet opgezet in de poorten;
2 Zo zond Sanballat, en Gesem, tot mij, om te zeggen: Kom en laat ons te zamen vergaderen in de dorpen, in het dal Ono. Maar zij dachten mij kwaad te doen.
3 En ik zond boden tot hen, om te zeggen: Ik doe een groot werk, zodat ik niet zal kunnen afkomen; waarom zou dit werk ophouden, terwijl ik het zou nalaten, en tot ulieden afkomen?
4 Zij zonden nu wel viermaal tot mij, op dezelfde wijze. En ik antwoordde hun op dezelfde wijze.
5 Toen zond Sanballat tot mij op dezelfde wijze, ten vijfden male, zijn jongen, met een open brief in zijn hand.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.