Numberi 4:15

15 Als nu Aaron en zijn zonen, het dekken van het heiligdom, en van alle gereedschap des heiligdoms, in het optrekken des legers, zullen voleind hebben, zo zullen daarna de zonen van Kahath komen om te dragen; maar zij zullen dat heilige niet aanroeren, dat zij niet sterven. Dit is de last der zonen van Kahath, in de tent der samenkomst.

Numberi 4:15 Meaning and Commentary

Numbers 4:15

And when Aaron and his sons had made an end of covering the
sanctuary
Not the holy place, nor the most holy place, for these were not covered by them; but "the holy things" in them, as the Septuagint version, the ark, shewbread table and all "the vessels of the sanctuary"; all appertaining to those holy things, which are before mentioned. Jarchi interprets the "sanctuary", or the "holiness", of the ark and altar,

and all the vessels of the sanctuary;
of the candlestick and the instruments of ministry:

as the camp is to set forward;
which made the covering of them necessary, in order to their being carried as that moved:

after that the sons of Kohath shall come to bear [it];
or rather them, all the holy things, and their vessels, and that upon their shoulders:

but they shall not touch [any] holy thing;
even in bearing them, neither the ark nor any other, only the staves and bar, on which they were carried: lest they die; by the immediate hand of God:

these [things are] the burden of the sons of Kohath, in the tabernacle
of the congregation;
the above things, the ark which they were to bear on their shoulders, and not make use of wagons to carry them.

Numberi 4:15 In-Context

13 En zij zullen de as van het altaar vegen, en zij zullen daarover een kleed van purper uitspreiden.

14 En zij zullen daarop leggen al zijn gereedschap, waarmede zij aan hetzelve dienen, de koolpannen, de krauwelen, en de schoffelen, en de sprengbekkens, al het gereedschap des altaars; en zij zullen daarover een deksel van dassenvellen uitspreiden, en zullen deszelfs handbomen aanleggen.

15 Als nu Aaron en zijn zonen, het dekken van het heiligdom, en van alle gereedschap des heiligdoms, in het optrekken des legers, zullen voleind hebben, zo zullen daarna de zonen van Kahath komen om te dragen; maar zij zullen dat heilige niet aanroeren, dat zij niet sterven. Dit is de last der zonen van Kahath, in de tent der samenkomst.

16 Het opzicht nu van Eleazar, den zoon van Aaron, den priester, zal zijn over de olie des luchters, en het reukwerk der welriekende specerijen, en het gedurig spijsoffer, en de zalfolie; het opzicht des gansen tabernakels, en alles wat daarin is, aan het heiligdom en aan zijn gereedschap.

17 En de HEERE sprak tot Mozes en tot Aaron, zeggende: