2
De lofzang is in stilheid tot U, o God! in Sion; en U zal de gelofte betaald worden.
3
Gij hoort het gebed; tot U zal alle vlees komen.
4
Ongerechtige dingen hadden de overhand over mij; maar onze overtredingen, die verzoent Gij.
5
Welgelukzalig is hij, dien Gij verkiest, en doet naderen, dat hij wone in Uw voorhoven; wij zullen verzadigd worden met het goed van Uw huis, met het heilige van Uw paleis.
6
Vreselijke dingen zult Gij ons in gerechtigheid antwoorden, o God onzes heils! o Vertrouwen aller einden der aarde, en der verre gelegenen aan de zee!
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.