1 Koningen 6:4-14

4 En hij maakte vensteren aan het huis van gesloten uitzichten.
5 En rondom aan den wand van het huis bouwde hij kameren, aan de wanden van het huis rondom, beide van den tempel en van de aanspraakplaats. Alzo maakte hij zijkameren rondom.
6 De onderste kamer was van vijf ellen in haar breedte, en de middelste van zes ellen in haar breedte, en de derde van zeven ellen in haar breedte; want hij had aan het huis rondom buitenwaarts inkortingen gemaakt, opdat zij zich niet hielden in de wanden van het huis.
7 Het huis nu, als het gebouwd werd, werd met volmaakten steen, zoals dezelve toegevoerd was, gebouwd; zodat geen hameren, noch bijl of enig ijzeren gereedschap gehoord werd in het huis, als het gebouwd werd.
8 De deur der middelste zijkamer was aan de rechterzijde van het huis; en door wenteltrappen ging men tot de middelste zijkamer, en van de middelste tot de derde.
9 Alzo bouwde hij het huis, en volmaakte het; en bedekte dat huis met gewelven en rijen van cederen.
10 Hij bouwde ook de kameren aan het ganse huis, van vijf ellen in haar hoogte; en hij voegde ze vast aan dat huis met cederenhout.
11 Toen geschiedde het woord des HEEREN tot Salomo, zeggende:
12 Aangaande dit huis, dat gij bouwt, zo gij wandelt in Mijn inzettingen, en doet Mijn rechten, en onderhoudt al Mijn geboden, wandelende in dezelve; zo zal Ik Mijn woord met u bevestigen, dat Ik tot uw vader David gesproken heb;
13 En Ik zal in het midden der zonen Israels wonen; en Ik zal Mijn volk Israel niet verlaten.
14 Alzo bouwde Salomo dat huis en volmaakte hetzelve.

1 Koningen 6:4-14 Meaning and Commentary

INTRODUCTION TO FIRST KINGS 6

This chapter gives an account of the building of the temple, for which preparations were before made and begins with the time of its building, 1Ki 6:1; gives the dimensions of it and the porch before it, 1Ki 6:2,3; observes the windows in it and chambers about it, 1Ki 6:4-10; and while it was building, Solomon had a word from the Lord relative to it, 1Ki 6:11-14; and then the account goes on concerning the walls of the house, and the flooring of it, 1Ki 6:15-18; and the oracle in it, and the cherubim in that, 1Ki 6:19-30; and the doors into it, and the carved work of them, 1Ki 6:31-36; and the chapter is concluded with observing the time when it was begun and finished 1Ki 6:37,38.

The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.