1 Kronieken 6:70-80

70 En uit den halven stam van Manasse: Aner en haar voorsteden, en Bileam en haar voorsteden. De huisgezinnen der overige kinderen van Kahath hadden deze steden:
71 De kinderen van Gerson hadden van de huisgezinnen van den halven stam van Manasse: Golan in Basan en haar voorsteden, en Astharoth, en haar voorsteden.
72 En van den stam van Issaschar: Kedes en haar voorsteden, Dobrath en haar voorsteden,
73 En Ramoth en haar voorsteden, en Anem en haar voorsteden.
74 En van den stam van Aser: Masal en haar voorsteden, en Abdor en haar voorsteden,
75 En Hukok en haar voorsteden, en Rehob en haar voorsteden.
76 En van den stam van Nafthali: Kedes in Galilea, en haar voorsteden, en Hammon en haar voorsteden, en Kirjathaim en haar voorsteden.
77 De overige kinderen van Merari hadden van den stam van Zebulon: Rimmono en haar voorsteden, Thabor en haar voorsteden;
78 En aan gene zijde van de Jordaan tegen Jericho, tegen het oosten aan de Jordaan, van den stam van Ruben: Bezer in de woestijn, en haar voorsteden, en Jahza en haar voorsteden,
79 En Kedemoth en haar voorsteden, en Mefaath en haar voorsteden;
80 En van den stam van Gad: Ramoth in Gilead, en haar voorsteden, en Mahanaim en haar voorsteden,

1 Kronieken 6:70-80 Meaning and Commentary

INTRODUCTION TO 1 CHRONICLES 6

This chapter begins with the fathers and heads of the tribe of Levi, 1Ch 6:1-3, and reckons up the high priests in the line of Eleazar, to the Babylonish captivity, 1Ch 6:4-15 gives an account of the families of the sons of Levi, 1Ch 6:16-30 and of those Levites that were employed as singers, and in other ministrations in the sanctuary in the times of David and Solomon, 1Ch 6:31-49, then follows a repetition of the sons of Aaron in the line of Eleazar, to the said times, 1Ch 6:50-53, and a recital of the dwelling places of the Levites in the several tribes, 1Ch 6:54-81.

The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.