2 Kronieken 11:4-14

4 Zo zegt de HEERE: Gij zult niet optrekken, noch strijden tegen uw broederen; een ieder kere weder tot zijn huis, want deze zaak is van Mij geschied. En zij hoorden de woorden des HEEREN, en zij keerden weder van tegen Jerobeam te trekken.
5 Rehabeam nu woonde te Jeruzalem; en hij bouwde steden tot vastigheden in Juda.
6 Hij bouwde nu Bethlehem, en Etham, en Thekoa,
7 En Beth-Zur, en Socho, en Adullam,
8 En Gath, en Maresa, en Zif,
9 En Adoraim, en Lachis, en Azeka,
10 En Zora, en Ajalon, en Hebron; dewelke in Juda en in Benjamin de vaste steden waren.
11 En hij sterkte deze vastigheden, en legde oversten daarin, en schatten van spijs, en olie, en wijn;
12 En in elke stad rondassen en spiesen, en sterkte ze gans zeer; zo was Juda, en Benjamin zijne.
13 Daartoe de priesteren en de Levieten, die in het ganse Israel waren, stelden zich bij hem uit al hun landpalen.
14 Want de Levieten verlieten hun voorsteden en hun bezitting, en kwamen in Juda en in Jeruzalem; want Jerobeam en zijn zonen hadden hen verstoten, van het priesterdom des HEEREN te mogen bedienen.

2 Kronieken 11:4-14 Meaning and Commentary

INTRODUCTION TO 2 CHRONICLES 11

In this chapter are related the preparations Rehoboam made to regain the ten tribes that revolted from him, but was forbid making the attempt by a prophet of the Lord, which he paid a regard unto, 2Ch 11:1-4, the fortification of several cities in Judah and Benjamin for his defence, 2Ch 11:5-12, the resort of several priests and Levites to him from Jeroboam, which served to strengthen his kingdom, 2Ch 11:13-17, and an account of his wives, and of his children, and of his disposal of them, 2Ch 11:18-23.

been at Shechem, and had given his answer to the request of the men of Israel, upon which they revolted from him: this and the three following verses are the same with 1Ki 12:21-24. \\See Gill on "1Ki 12:21"\\. 19374-950111-2023-2Ch11.2

The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.