Exodus 35:17-27

17 De behangselen des voorhofs, zijn pilaren en zijn voeten; en het deksel van de poort des voorhofs;
18 De nagelen des tabernakels, en de pennen des voorhofs, met derzelver zelen;
19 De ambtsklederen om in het heilige te dienen, de heilige klederen van den priester Aaron, en de klederen zijner zonen, om het priesterambt te bedienen.
20 Toen ging de ganse vergadering der kinderen Israels uit van voor het aangezicht van Mozes.
21 En zij kwamen, alle man, wiens hart hem bewoog, en een ieder, wiens geest hem vrijwillig maakte, die brachten des HEEREN hefoffer tot het werk van de tent der samenkomst, en tot al haar dienst, en tot de heilige klederen.
22 Zo kwamen dan de mannen met de vrouwen, alle vrijwilligen van hart; zij brachten haken, en oorsierselen, en ringen, en spanselen, alle gouden vaten; en alle man, die een gouden beweegoffer den HEERE offerde,
23 En alle man, bij wien gevonden werd hemelsblauw, en purper, en scharlaken, en fijn linnen, en geiten haar, en roodgeverfde ramsvellen, en dassenvellen, die brachten ze.
24 Allen, die een hefoffer van zilver of koper offerden, die brachten het ten hefoffer des HEEREN; en allen, bij welke sittimhout gevonden werd, brachten het tot alle werk van den dienst.
25 En alle vrouwen, die wijs van hart waren, sponnen met haar handen, en zij brachten het gesponnene, de hemelsblauwe zijde, en het purper, het scharlaken, en het fijn linnen.
26 En alle vrouwen, welker hart haar bewoog in wijsheid, die sponnen het geiten haar.
27 De oversten nu brachten sardonixstenen en vulstenen, tot den efod en tot den borstlap;

Exodus 35:17-27 Meaning and Commentary

INTRODUCTION TO EXODUS 35

This chapter begins with a renewal of the command of the sabbath, Ex 35:1-3 and contains an order for a freewill offering to be brought for the service of the sanctuary, and specifies the things to be brought, and for what uses, Ex 35:4-19 to which there was a ready compliance, and men and women, princes and the common people, everyone according to what they had in possession, brought and offered it freely, Ex 35:20-29 and for their encouragement, that their offering would not be in vain, they were informed there were two persons divinely inspired, to do, and teach to be done, all manner of work for the tabernacle, towards which they had made such a liberal and plentiful contribution, Ex 35:30-35.

The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.