Habakuk 3:1-9

1 Een gebed van Habakuk, den profeet, op Sjigjonoth.
2 HEERE! als ik Uw rede gehoord heb, heb ik gevreesd; Uw werk, o HEERE! behoud dat in het leven in het midden der jaren, maak het bekend in het midden der jaren; in den toorn gedenk des ontfermens.
3 God kwam van Theman, en de Heilige van den berg Paran. Sela. Zijn heerlijkheid bedekte de hemelen, en het aardrijk was vol van Zijn lof.
4 En er was een glans als des lichts, Hij had hoornen aan Zijn hand, en aldaar was Zijn sterkte verborgen.
5 Voor Zijn aangezicht ging de pestilentie, en de vurige kool ging voor Zijn voeten henen.
6 Hij stond, en mat het land, Hij zag toe, en maakte de heidenen los, en de gedurige bergen zijn verstrooid geworden; de heuvelen der eeuwigheid hebben zich gebogen; de gangen der eeuw zijn Zijne.
7 Ik zag de tenten van Kusan onder de ijdelheid; de gordijnen des lands van Midian schudden.
8 Was de HEERE ontstoken tegen de rivieren? Was Uw toorn tegen de rivieren, was Uw verbolgenheid tegen de zee, toen Gij op Uw paarden reedt? Uw wagens waren heil.
9 De naakte grond werd ontbloot door Uw boog, om de eden, aan de stammen gedaan door het woord. Sela. Gij hebt de rivieren der aarde gekloofd.

Images for Habakuk 3:1-9

Habakuk 3:1-9 Meaning and Commentary

INTRODUCTION TO HABAKKUK 3

The title of this chapter is a prayer of Habakkuk the prophet, composed after the manner of a psalm of David, and directed to the chief singer, Hab 3:1,19. The occasion of it is expressed, Hab 3:2 in which the prophet declares his concern for the work of the Lord, and the promotion of the kingdom and interest of Christ; and observes the various steps that were, or would be, taken for the advancement of it; for which he prays, and suggests that these would be after the manner of the Lord's dealing with the people of Israel, and settling them in the land of Canaan, Hab 3:3-15 and there being several things awful in this account, both with respect to the judgments of God on his enemies, and the conflicts and trials of his own people, it greatly affected the mind of the prophet, Hab 3:16 and yet, in the view of the worst, he expresses his strong faith in the Lord, as to better times and things, that would most assuredly come, Hab 3:17-19.

The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.