Job 22:4-14

4 Is het om uw vreze, dat Hij u bestraft, dat Hij met u in het gericht komt?
5 Is niet uw boosheid groot, en uwer ongerechtigheden geen einde?
6 Want gij hebt uw broederen zonder oorzaak pand afgenomen, en de klederen der naakten hebt gij uitgetogen.
7 Den moede hebt gij geen water te drinken gegeven, en van den hongerige hebt gij het brood onthouden.
8 Maar was er een man van geweld, voor dien was het land, en een aanzienlijk persoon woonde daarin.
9 De weduwen hebt gij ledig weggezonden, en de armen der wezen zijn verbrijzeld.
10 Daarom zijn strikken rondom u, en vervaardheid heeft u haastelijk beroerd.
11 Of gij ziet de duisternis niet, en des water overvloed bedekt u.
12 Is niet God in de hoogte der hemelen? Zie toch het opperste der sterren aan, dat zij verheven zijn.
13 Daarom zegt gij: Wat weet er God van? Zal Hij door de donkerheid oordelen?
14 De wolken zijn Hem een verberging, dat Hij niet ziet; en Hij bewandelt den omgang der hemelen.

Job 22:4-14 Meaning and Commentary

INTRODUCTION TO JOB 22

This chapter contains the third and last reply of Eliphaz to Job, in which he charges him with having too high an opinion of himself, of his holiness and righteousness, as if God was profited by it, and laid thereby under obligation to him, whereas he was not, Job 22:1-3; and as if he reproved and chastised him, because of his fear of him, whereas it was because of his sins, Job 22:4,5; an enumeration of which he gives, as of injustice, oppression, cruelty to the poor, and even of atheism and infidelity, for which snares and fears were around him, and various calamities, Job 22:6-14; and compares his way and course of life to that of the men of the old world, and the inhabitants of Sodom and Gomorrah, and suggests that his end would be like theirs, unless he repented, Job 22:15-20; and then concludes with an exhortation to him to return to God by repentance, and to reform, when he should see happy times again, and enjoy much outward and inward prosperity, and be an instrument of doing much good to many, Job 22:21-30.

The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.