Numberi 15:1-9

1 Daarna sprak de HEERE tot Mozes, zeggende:
2 Spreek tot de kinderen Israels, en zeg tot hen: Wanneer gij gekomen zult zijn in het land uwer woningen, dat Ik u geven zal;
3 En gij een vuuroffer den HEERE zult doen, een brandoffer, of slachtoffer, om af te zonderen een gelofte, of in een vrijwillig offer, of in uw gezette hoogtijden, om den HEERE een liefelijken reuk te maken, van runderen of van klein vee;
4 Zo zal hij, die zijn offerande den HEERE offert, een spijsoffer offeren van een tiende meelbloem, gemengd met een vierendeel van een hin olie.
5 En wijn ten drankoffer, een vierendeel van een hin, zult gij bereiden tot een brandoffer of tot een slachtoffer, voor een lam.
6 Of voor een ram zult gij een spijsoffer bereiden, van twee tienden meelbloem, gemengd met olie, een derde deel van een hin.
7 En wijn ten drankoffer, een derde deel van een hin, zult gij offeren tot een liefelijken reuk den HEERE.
8 En wanneer gij een jong rund zult bereiden tot een brandoffer of een slachtoffer, om een gelofte af te zonderen, of ten dankoffer den HEERE;
9 Zo zal hij tot een jong rund offeren een spijsoffer van drie tienden meelbloem, gemengd met olie, de helft van een hin.

Numberi 15:1-9 Meaning and Commentary

INTRODUCTION TO NUMBERS 15

In this chapter the children of Israel are instructed about the meat offerings and drink offerings, and the quantities of them, which were always to go along with their burnt offerings and peace offerings they should offer when they came into the land of Canaan, Nu 15:1-12; and they are told that the same laws and ordinances would be binding equally on them that were of the country, and on the strangers in it, Nu 15:13-16; and an order is given them to offer a cake of the first dough for an heave offering, Nu 15:17-21; and they are directed what sacrifices to offer for sins of ignorance, both of the congregation and particular persons, Nu 14:22-29; but as for presumptuous sinners, they were to be cut off, Nu 14:30,31; and an instance is recorded of stoning a sabbath breaker, Nu 14:32-36; and the chapter is concluded with a law for wearing fringes on the borders of their garments, the use of which is expressed, Nu 14:35-41.

The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.