Psalmen 115:9-18

9 Israel! vertrouw gij op den HEERE; Hij is hun Hulp en hun Schild.
10 Gij huis van Aaron! vertrouw op den HEERE; Hij is hun Hulp en hun Schild.
11 Gijlieden, die den HEERE vreest! vertrouwt op den HEERE; Hij is hun Hulp en hun Schild.
12 De HEERE is onzer gedachtig geweest, Hij zal zegenen; Hij zal het huis van Israel zegenen, Hij zal het huis van Aaron zegenen.
13 Hij zal zegenen, die den HEERE vrezen, de kleinen met de groten.
14 De HEERE zal den zegen over ulieden vermeerderen, over ulieden en over uw kinderen.
15 Gijlieden zijt den HEERE gezegend, Die den hemel en de aarde gemaakt heeft.
16 Aangaande den hemel, de hemel is des HEEREN; maar de aarde heeft Hij de mensenkinderen gegeven.
17 De doden zullen den HEERE niet prijzen, noch die in de stilte nedergedaald zijn.
18 Maar wij zullen den HEERE loven van nu aan tot in der eeuwigheid. Hallelujah!

Psalmen 115:9-18 Meaning and Commentary

INTRODUCTION TO PSALM 115

This psalm is by the Septuagint, Vulgate Latin, Syriac, Arabic, and Ethiopic versions, joined to the former, and makes one psalm with it: and Kimchi says, that in some books the psalm does not begin here; but in the best and correct copies of the Hebrew, and in the Targum, it stands a distinct psalm; and the different subject matter or argument shows it to be so. It is ascribed to various persons; by some to Moses and the Israelites, when pursued by Pharaoh: by others to the three companions of Daniel, cast into the fiery furnace: by others to Mordecai and Esther, when Haman distressed the Jews: by others to the heroes at the times of Antiochus and the Maccabees; so Theodoret: by some to Jehoshaphat, when a numerous army came against him; and by others to David, which is more probable; though on what occasion is not easy to say: some have thought it was written by him, when insulted by the Jebusites, 2Sa 5:6. The occasion of it seems to be some distress the church of God was in from the Heathens; and the design of it is to encourage trust and confidence in the Lord; and to excite the saints to give him the glory of all their mercies, and to expose the vanity of idols.

The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.