Parallel Bible results for "Micha 2:6-13"

Micha 2:6-13

SVV

NIV

6 Profeteert gijlieden niet, zeggen zij, laat die profeteren; zij profeteren niet als die; men wijkt niet af van smaadheden.
6 “Do not prophesy,” their prophets say. “Do not prophesy about these things; disgrace will not overtake us.”
7 O gij, die Jakobs huis geheten zijt! Is dan de Geest des HEEREN verkort? Zijn dat Zijn werken? Doen Mijn woorden geen goed bij dien, die recht wandelt?
7 You descendants of Jacob, should it be said, “Does the LORD become impatient? Does he do such things?” “Do not my words do good to the one whose ways are upright?
8 Maar gisteren stelde zich Mijn volk op, tot vijand, tegenover een kleed; gij stroopt een mantel van degenen, die zeker voorbijgaan, wederkomende van den strijd.
8 Lately my people have risen up like an enemy. You strip off the rich robe from those who pass by without a care, like men returning from battle.
9 De vrouwen Mijns volks verdrijft gij, elkeen uit het huis van haar vermakingen; van haar kinderkens neemt gij Mijn sieraad in eeuwigheid.
9 You drive the women of my people from their pleasant homes. You take away my blessing from their children forever.
10 Maakt u dan op, en gaat henen; want dit land zal de rust niet zijn; omdat het verontreinigd is, zal het u verderven, en dat met een geweldige verderving.
10 Get up, go away! For this is not your resting place, because it is defiled, it is ruined, beyond all remedy.
11 Zo er iemand is, die met wind omgaat, en valselijk liegt, zeggende: Ik zal u profeteren voor wijn en voor sterken drank! dat is een profeet dezes volks.
11 If a liar and deceiver comes and says, ‘I will prophesy for you plenty of wine and beer,’ that would be just the prophet for this people!
12 Voorzeker zal Ik u, o Jakob! gans verzamelen; voorzeker zal Ik Israels overblijfsel vergaderen; Ik zal het te zamen zetten als schapen van Bozra; als een kudde in het midden van haar kooi zullen zij van mensen deunen.
12 “I will surely gather all of you, Jacob; I will surely bring together the remnant of Israel. I will bring them together like sheep in a pen, like a flock in its pasture; the place will throng with people.
13 De doorbreker zal voor hun aangezicht optrekken; zij zullen doorbreken, en door de poort gaan, en door dezelve uittrekken; en hun koning zal voor hun aangezicht henengaan; en de HEERE in hun spits.
13 The One who breaks open the way will go up before them; they will break through the gate and go out. Their King will pass through before them, the LORD at their head.”
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.
Scripture quoted by permission.  Quotations designated (NIV) are from THE HOLY BIBLE: NEW INTERNATIONAL VERSION®.  NIV®.  Copyright © 1973, 1978, 1984, 2011 by Biblica.  All rights reserved worldwide.