1 Kronieken 29:1

1 Verder zeide de koning David tot de ganse gemeente: God heeft mijn zoon Salomo alleen verkoren, een jongeling en teder; dit werk daarentegen is groot, want het is geen paleis voor een mens, maar voor God, den HEERE.

1 Kronieken 29:1 Meaning and Commentary

1 Chronicles 29:1

Furthermore, David the king said unto all the congregation,
&c.] Having finished what he had to say to Solomon, he addressed the congregation again:

Solomon my son, whom alone God hath chosen;
both to be king, and to build the temple

is yet young and tender;
see ( 1 Chronicles 22:5 )

and the work is great;
both of governing so great a people, and of building so magnificent a temple, especially the latter is meant:

for the palace is not for man;
for any mortal king, though ever so great:

but for the Lord God;
the Targum is,

``but for the Word of the Lord God,''

who is the King of kings, and Lord of lords; and therefore is to be built as with the greatest exactness, according to the pattern he himself has given, so with the greatest splendour and magnificence.

1 Kronieken 29:1 In-Context

1 Verder zeide de koning David tot de ganse gemeente: God heeft mijn zoon Salomo alleen verkoren, een jongeling en teder; dit werk daarentegen is groot, want het is geen paleis voor een mens, maar voor God, den HEERE.
2 Ik heb nu uit al mijn kracht bereid tot het huis mijns Gods, goud tot gouden, en zilver tot zilveren, en koper tot koperen, ijzer tot ijzeren, en hout tot houten werken; sardonixstenen en vervullende stenen, versierstenen en borduursel, en allerlei kostelijke stenen, en marmerstenen in menigte.
3 En daartoe, uit mijn welgevallen tot het huis mijns Gods, geef ik het bijzonder goud en zilver, dat ik heb, tot het huis mijns Gods daarenboven, behalve al wat ik ten huize des heiligdoms bereid heb;
4 Drie duizend talenten gouds, van het goud van Ofir, en zeven duizend talenten gelouterd zilver, om de wanden der huizen te overtrekken;
5 Goud tot de gouden, en zilver tot de zilveren vaten, en tot alle werk, door de hand der werkmeesteren te maken. En wie is er willig, heden zijn hand den HEERE te vullen?
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.