1 Kronieken 28:7-10

7 En Ik zal zijn koninkrijk bevestigen tot in eeuwigheid, indien hij sterk wezen zal, om Mijn geboden en Mijn rechten te doen, gelijk te dezen dage.
8 Nu dan, voor de ogen van het ganse Israel, de gemeente des HEEREN, en voor de oren onzes Gods, houdt en zoekt al de geboden des HEEREN, uws Gods; opdat gijlieden dit goede land erfelijk bezit, en uw kinderen na u tot in eeuwigheid doet erven.
9 En gij, mijn zoon Salomo, ken den God uws vaders, en dien Hem met een volkomen hart en met een willige ziel; want de HEERE doorzoekt alle harten, en Hij verstaat al het gedichtsel der gedachten; indien gij Hem zoekt, Hij zal van u gevonden worden; maar indien gij Hem verlaat, Hij zal u tot in eeuwigheid verstoten.
10 Zie nu toe, want de HEERE heeft u verkoren, dat gij een huis ten heiligdom bouwt; wees sterk, en doe het.

1 Kronieken 28:7-10 Meaning and Commentary

INTRODUCTION TO 1 CHRONICLES 28

David, having convened the principal men of the nation, declared Solomon his successor, whom God had chosen both to be king, and to build the temple, 1Ch 28:1-7, and exhorted both them and him to serve the Lord, and build an house for him, 1Ch 28:8-10, then gave Solomon the pattern of it, and an account of the materials he had prepared for it, 1Ch 28:11-19, and encouraged him to go about the work with alacrity and intrepidity, 1Ch 28:20,21.

The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.