2 Koningen 10:33

33 Van de Jordaan af, tegen den opgang der zon, het ganse land van Gilead, der Gadieten, en der Rubenieten, en der Manassieten; van Aroer, dat aan de beek van Arnon is, en Gilead, en Basan.

2 Koningen 10:33 Meaning and Commentary

2 Kings 10:33

From Jordan eastward
This was principally the coast on which Hazael smote them, to the east of the land of Canaan:

all the land of Gilead, the Gadites, and the Reubenites, and the
Moabites;
the country on the other side Jordan, given to these tribes by Moses, at their request, which were before the kingdoms of Sihon and of Og:

from Aroer, which is by the river Arnon, even Gilead and Bashan:
countries which the Israelites first conquered, and were the first they lost.

2 Koningen 10:33 In-Context

31 Maar Jehu nam niet waar te wandelen in de wet des HEEREN, des Gods van Israel, met zijn ganse hart; hij week niet van de zonden van Jerobeam, die Israel zondigen deed.
32 In die dagen begon de HEERE Israel af te korten, want Hazael sloeg ze in alle landpalen van Israel:
33 Van de Jordaan af, tegen den opgang der zon, het ganse land van Gilead, der Gadieten, en der Rubenieten, en der Manassieten; van Aroer, dat aan de beek van Arnon is, en Gilead, en Basan.
34 Het overige nu der geschiedenissen van Jehu, en al wat hij gedaan heeft, en al zijn macht, zijn die niet geschreven in het boek der kronieken der koningen van Israel?
35 En Jehu ontsliep met zijn vaderen, en zij begroeven hem te Samaria, en zijn zoon Joahaz werd koning in zijn plaats.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.