2 Kronieken 1:7

7 In dienzelfden nacht verscheen God aan Salomo; en Hij zeide tot hem: Begeer, wat Ik u geven zal.

2 Kronieken 1:7 Meaning and Commentary

2 Chronicles 1:7

In that night did God appear unto Solomon
From hence to the end of ( 2 Chronicles 1:12 ) it is the same with ( 1 Kings 3:5-13 ) . (See Gill on 1 Kings 3:5) (See Gill on 1 Kings 3:6) (See Gill on 1 Kings 3:7) (See Gill on 1 Kings 3:8) (See Gill on 1 Kings 3:9) (See Gill on 1 Kings 3:10) (See Gill on 1 Kings 3:11) (See Gill on 1 Kings 3:12) (See Gill on 1 Kings 3:13) (See Gill on 1 Kings 3:14) (See Gill on 1 Kings 3:15)

2 Kronieken 1:7 In-Context

5 Ook was het koperen altaar, dat Bezaleel, de zoon van Uri, den zoon van Hur, gemaakt had, aldaar voor den tabernakel des HEEREN; Salomo nu en de gemeente bezochten hetzelve.
6 En Salomo offerde daar, voor het aangezicht des HEEREN, op het koperen altaar, dat aan de tent der samenkomst was; en hij offerde daarop duizend brandofferen.
7 In dienzelfden nacht verscheen God aan Salomo; en Hij zeide tot hem: Begeer, wat Ik u geven zal.
8 En Salomo zeide tot God: Gij hebt aan mijn vader David grote weldadigheid gedaan; en Gij hebt mij koning gemaakt in zijn plaats;
9 Nu, HEERE God, laat Uw woord waar worden, gedaan aan mijn vader David; want Gij hebt mij koning gemaakt over een volk, menigvuldig als het stof der aarde;
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.