2 Kronieken 35:24

24 En zijn knechten namen hem weg van den wagen, en voerden hem op den tweeden wagen, dien hij had, en brachten hem te Jeruzalem; en hij stierf, en werd begraven in de graven zijner vaderen; en gans Juda en Jeruzalem bedreven rouw over Josia.

2 Kronieken 35:24 Meaning and Commentary

2 Chronicles 35:24

And his servants therefore took him out of that chariot
Dead, and had him to Jerusalem, and buried him; (See Gill on 2 Kings 23:30),

and all Judah and Jerusalem mourned for Josiah;
he having been so good a king, so tender of them, and such an happy instrument in restoring the true religion, and the service of God; this was the sense of the generality of them, who were sincere in their mourning; but it is not improbable that those who were inclined to idolatry were secretly glad, though they dissembled mourning with the rest.

2 Kronieken 35:24 In-Context

22 Doch Josia keerde zijn aangezicht niet van hem; maar hij verstelde zich, om tegen hem te strijden, en hoorde niet naar de woorden van Necho uit den mond van God; maar hij kwam om te strijden in het dal Megiddo.
23 En de schutters schoten den koning Josia. Toen zeide de koning tot zijn knechten: Voert mij weg, want ik ben zeer gewond.
24 En zijn knechten namen hem weg van den wagen, en voerden hem op den tweeden wagen, dien hij had, en brachten hem te Jeruzalem; en hij stierf, en werd begraven in de graven zijner vaderen; en gans Juda en Jeruzalem bedreven rouw over Josia.
25 En Jeremia maakte een klaaglied over Josia; desgelijks alle zangers en zangeressen spraken in hun klaagliederen van Josia, tot op dezen dag; want zij gaven ze tot een inzetting in Israel; en ziet, zij zijn geschreven in de klaagliederen.
26 Het overige nu der geschiedenissen van Josia, en zijn goeddadigheden, naar dat geschreven is in de wet des HEEREN;
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.