Ezechiël 1:23

23 En onder dat uitspansel waren hun vleugelen rechtop, de een aan den ander; ieder had er twee, die herwaarts hun lichamen bedekten, en ieder had er twee, die ze derwaarts bedekten.

Ezechiël 1:23 Meaning and Commentary

Ezekiel 1:23

And under the firmament [were] their wings straight, the one
toward the other
A further account is here given of the wings of the living creatures, which were under the firmament: two of their wings were stretched straight upwards towards the firmament, and joined each other; (See Gill on Ezekiel 1:9); everyone had two, which covered on this side;
besides the two that were carried straight upright towards heaven, they had other two, which covered their back and belly: and everyone had two, which covered on that side, their bodies;
that is, on each side of their bodies; so that there were in all six wings, as in Isaiah's vision, and in that of the Revelation of John: as their wings in general denote the swiftness and readiness of Gospel ministers to do the work of Christ, for which they exact help and assistance from above, signified by two being stretched straight upwards; see ( Ezekiel 1:11 ) ; so covering the several parts of their bodies with the rest shows their modesty and humility, as being ashamed of themselves and their services, when performed in the best manor; it being altogether owing to the grace of God they are what they are, have and do; they themselves being the chief of sinners, and the least of saints, in their own account.

Ezechiël 1:23 In-Context

21 Als die gingen, gingen deze; en als die stonden, stonden zij; en als die van de aarde opgeheven werden, werden de raderen tegenover hen opgeheven; want de geest der dieren was in de raderen.
22 En over de hoofden der dieren was de gelijkenis eens uitspansels, gelijk de verf van het vreselijke kristal, van boven af over hun hoofden uitgespreid.
23 En onder dat uitspansel waren hun vleugelen rechtop, de een aan den ander; ieder had er twee, die herwaarts hun lichamen bedekten, en ieder had er twee, die ze derwaarts bedekten.
24 En als zij gingen, hoorde ik een geruis hunner vleugelen, als het geruis van vele wateren, als de stem des Almachtigen, als de stem eens geroeps, als het gedreun eens heirlegers; als zij stonden, zo lieten zij hun vleugelen neder.
25 En er geschiedde een stem van boven het uitspansel, hetwelk boven hun hoofden was, als zij stonden, en hun vleugelen nedergelaten hadden.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.