Nehemia 11:16

16 En Sabbethai, en Jozabad, van de hoofden der Levieten, waren over het buitenwerk van het huis Gods.

Nehemia 11:16 Meaning and Commentary

Nehemiah 11:16

And Shabbethai and Jozabad, of the chief of the Levites
Along with Shemaiah; these had

the oversight of the outward business of the house of God:
who had the care of the repairs of the temple, and of getting in the wood for the altar, as Jarchi, and collecting the third part of the shekel, to purchase things with for the use of the temple.

Nehemia 11:16 In-Context

14 En hun broederen, dappere helden, waren honderd acht en twintig; en opziener over hen was Zabdiel, de zoon van Gedolim.
15 En van de Levieten: Semaja, de zoon van Hassub, den zoon van Azrikam, den zoon van Hasabja, den zoon van Buni.
16 En Sabbethai, en Jozabad, van de hoofden der Levieten, waren over het buitenwerk van het huis Gods.
17 En Matthanja, de zoon van Micha, den zoon van Zabdi, den zoon van Asaf, was het hoofd, die de dankzegging begon in het gebed, en Bakbukja was de tweede van zijn broederen; en Abda, de zoon van Sammua, den zoon van Galal, den zoon van Jeduthun.
18 Al de Levieten in de heilige stad waren tweehonderd vier en tachtig.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.