Nehemia 3:15

15 En de Fonteinpoort verbeterde Sallum, de zoon van Kol-Hoze, overste van het deel van Mizpa; hij bouwde ze, en overdekte ze, en richtte haar deuren op, met haar sloten en haar grendelen; daartoe den muur des vijvers Schelah bij des konings hof, en tot aan de trappen, die afgaan van Davids stad.

Nehemia 3:15 Meaning and Commentary

Nehemiah 3:15

But the gate of the fountain
Of which see ( Nehemiah 2:14 )

repaired Shallum, the son of Colhozeh, the ruler of part of Mizpah;
of a tract, district, town, or city so called; perhaps that in the tribe of Benjamin; see ( Nehemiah 3:7 ) ,

he built it, and covered it;
roofed it, which is not said of any of the other gates, whether because of the fountain at it:

and set up the doors thereof
finished it completely:

and the wall of the pool of Siloah, by the king's garden;
which was formerly without the wall, on the west, but afterwards taken in by Manasseh, who built it; see ( 2 Chronicles 33:14 ) , and from hence the king's garden was watered:

and unto the stairs that go down from the city of David:
Zion, which was built on an eminence, from which they went down by steps into the lower city Acra.

Nehemia 3:15 In-Context

13 De Dalpoort verbeterden Hanun, en de inwoners van Zanoah; zij bouwden die, en richtten haar deuren op, met haar sloten en haar grendelen; daartoe duizend ellen aan den muur, tot aan de Mistpoort.
14 De Mistpoort nu verbeterde Malchia, de zoon van Rechab, overste van het deel Beth-Cherem; hij bouwde ze, en richtte haar deuren op, met haar sloten en haar grendelen.
15 En de Fonteinpoort verbeterde Sallum, de zoon van Kol-Hoze, overste van het deel van Mizpa; hij bouwde ze, en overdekte ze, en richtte haar deuren op, met haar sloten en haar grendelen; daartoe den muur des vijvers Schelah bij des konings hof, en tot aan de trappen, die afgaan van Davids stad.
16 Na hem verbeterde Nehemia, de zoon van Azbuk, overste van het halve deel van Beth-Zur, tot tegenover Davids graven, en tot aan den gemaakten vijver, en tot aan het huis der helden.
17 Na hem verbeterden de Levieten, Rehum, de zoon van Bani; aan zijn hand verbeterde Hasabja, de overste van het halve deel van Kehila, in zijn deel.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.