Ezechiël 25:15-17

15 Alzo zegt de Heere HEERE: Omdat de Filistijnen door wraak gehandeld hebben, en van harte wraak geoefend hebben door plundering, om te vernielen door een eeuwige vijandschap;
16 Daarom, alzo zegt de Heere HEERE: Ziet, Ik strek Mijn hand uit tegen de Filistijnen, en zal de Cherethieten uitroeien, en het overblijfsel van de zeehaven verdoen.
17 En Ik zal grote wraak met grimmige straffingen onder hen doen; en zij zullen weten, dat Ik de HEERE ben, als Ik Mijn wraak aan hen gedaan zal hebben.

Ezechiël 25:15-17 Meaning and Commentary

INTRODUCTION TO EZEKIEL 25

In this chapter the prophet foretells the judgments of God upon the Ammonites, Moabites, Edomites, and Philistines, for their ill usage of the Jews; on the Ammonites, Eze 25:1-7, on the Moabites, Eze 25:8-11, on the Edomites, Eze 25:12-14, on the Philistines, Eze 25:15-17.

The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.