Psalmen 56:3

3 Mijn verspieders zoeken mij den gansen dag op te slokken; want ik heb veel bestrijders, o Allerhoogste!

Psalmen 56:3 Meaning and Commentary

Psalms 56:3

What time I am afraid
It was a time of fear with him now; he was afraid of Achish king of Gath, ( 1 Samuel 21:12 ) ; so believers have their times of fear; about their interest in the love, and grace, and covenant of God; about their sins and corruptions, and the prevalence of them, fearing they shall perish by them; and about their enemies, who are many, lively, and strong;

I will trust in thee;
trust and confidence in the Lord is the best antidote against fears; who is unchangeable in his love, in whom is everlasting strength, and who is faithful and true to every word of promise; and therefore there is great reason to trust in him, and not be afraid.

Psalmen 56:3 In-Context

1 Een gouden kleinood van David, voor den opperzangmeester, op Jonath Elem Rechokim; als de Filistijnen hem gegrepen hadden te Gath.

2 Wees mij genadig, o God! want de mens zoekt mij op te slokken; den gansen dag dringt mij de bestrijder.

3 Mijn verspieders zoeken mij den gansen dag op te slokken; want ik heb veel bestrijders, o Allerhoogste!

4 Ten dage, als ik zal vrezen, zal ik op U vertrouwen.

5 In God zal ik Zijn woord prijzen; ik vertrouw op God, ik zal niet vrezen; wat zoude mij vlees doen?