Parallel Bible results for "1 corinthiers 15:29-58"

1 Corinthiërs 15:29-58

SVV

NIV

29 Anders, wat zullen zij doen, die voor de doden gedoopt worden, indien de doden ganselijk niet opgewekt worden? Waarom worden zij voor de doden ook gedoopt?
29 Now if there is no resurrection, what will those do who are baptized for the dead? If the dead are not raised at all, why are people baptized for them?
30 Waarom zijn ook wij alle ure in gevaar?
30 And as for us, why do we endanger ourselves every hour?
31 Ik sterf alle dagen, hetwelk ik betuig bij onzen roem, dien ik heb in Christus Jezus, onzen Heere.
31 I face death every day—yes, just as surely as I boast about you in Christ Jesus our Lord.
32 Zo ik, naar den mens, tegen de beesten gevochten heb te Efeze, wat nuttigheid is het mij, indien de doden niet opgewekt worden? Laat ons eten en drinken, want morgen sterven wij.
32 If I fought wild beasts in Ephesus with no more than human hopes, what have I gained? If the dead are not raised, “Let us eat and drink, for tomorrow we die.”
33 Dwaalt niet, kwade samensprekingen verderven goede zeden.
33 Do not be misled: “Bad company corrupts good character.”
34 Waakt op rechtvaardiglijk, en zondigt niet. Want sommigen hebben de kennis van God niet. Ik zeg het u tot schaamte.
34 Come back to your senses as you ought, and stop sinning; for there are some who are ignorant of God—I say this to your shame.
35 Maar, zal iemand zeggen: Hoe zullen de doden opgewekt worden, en met hoedanig een lichaam zullen zij komen?
35 But someone will ask, “How are the dead raised? With what kind of body will they come?”
36 Gij dwaas, hetgeen gij zaait, wordt niet levend, tenzij dat het gestorven is;
36 How foolish! What you sow does not come to life unless it dies.
37 En hetgeen gij zaait, daarvan zaait gij het lichaam niet, dat worden zal, maar een bloot graan, naar het voorvalt, van tarwe, of van enig der andere granen.
37 When you sow, you do not plant the body that will be, but just a seed, perhaps of wheat or of something else.
38 Maar God geeft hetzelve een lichaam, gelijk Hij wil, en aan een iegelijk zaad zijn eigen lichaam.
38 But God gives it a body as he has determined, and to each kind of seed he gives its own body.
39 Alle vlees is niet hetzelfde vlees; maar een ander is het vlees der mensen, en een ander is het vlees der beesten, en een ander der vissen, en een ander der vogelen.
39 Not all flesh is the same: People have one kind of flesh, animals have another, birds another and fish another.
40 En er zijn hemelse lichamen, en er zijn aardse lichamen; maar een andere is de heerlijkheid der hemelse, en een andere der aardse.
40 There are also heavenly bodies and there are earthly bodies; but the splendor of the heavenly bodies is one kind, and the splendor of the earthly bodies is another.
41 Een andere is de heerlijkheid der zon, en een andere is de heerlijkheid der maan, en een andere is de heerlijkheid der sterren; want de ene ster verschilt in heerlijkheid van de andere ster.
41 The sun has one kind of splendor, the moon another and the stars another; and star differs from star in splendor.
42 Alzo zal ook de opstanding der doden zijn. Het lichaam wordt gezaaid in verderfelijkheid, het wordt opgewekt in onverderfelijkheid;
42 So will it be with the resurrection of the dead. The body that is sown is perishable, it is raised imperishable;
43 Het wordt gezaaid in oneer, het wordt opgewekt in heerlijkheid; het wordt gezaaid in zwakheid, het wordt opgewekt in kracht.
43 it is sown in dishonor, it is raised in glory; it is sown in weakness, it is raised in power;
44 Een natuurlijk lichaam wordt er gezaaid, een geestelijk lichaam wordt er opgewekt. Er is een natuurlijk lichaam, en er is een geestelijk lichaam.
44 it is sown a natural body, it is raised a spiritual body. If there is a natural body, there is also a spiritual body.
45 Alzo is er ook geschreven: De eerste mens Adam is geworden tot een levende ziel; de laatste Adam tot een levendmakenden Geest.
45 So it is written: “The first man Adam became a living being” ; the last Adam, a life-giving spirit.
46 Doch het geestelijke is niet eerst, maar het natuurlijke, daarna het geestelijke.
46 The spiritual did not come first, but the natural, and after that the spiritual.
47 De eerste mens is uit de aarde, aards; de tweede Mens is de Heere uit den hemel.
47 The first man was of the dust of the earth; the second man is of heaven.
48 Hoedanig de aardse is, zodanige zijn ook de aardsen; en hoedanig de hemelse is, zodanige zijn ook de hemelsen.
48 As was the earthly man, so are those who are of the earth; and as is the heavenly man, so also are those who are of heaven.
49 En gelijkerwijs wij het beeld des aardsen gedragen hebben, alzo zullen wij ook het beeld des hemelsen dragen.
49 And just as we have borne the image of the earthly man, so shall we bear the image of the heavenly man.
50 Doch dit zeg ik, broeders, dat vlees en bloed het Koninkrijk Gods niet beerven kunnen, en de verderfelijkheid beerft de onverderfelijkheid niet.
50 I declare to you, brothers and sisters, that flesh and blood cannot inherit the kingdom of God, nor does the perishable inherit the imperishable.
51 Ziet, ik zeg u een verborgenheid: wij zullen wel niet allen ontslapen, maar wij zullen allen veranderd worden;
51 Listen, I tell you a mystery: We will not all sleep, but we will all be changed—
52 In een punt des tijds, in een ogenblik, met de laatste bazuin; want de bazuin zal slaan, en de doden zullen onverderfelijk opgewekt worden, en wij zullen veranderd worden.
52 in a flash, in the twinkling of an eye, at the last trumpet. For the trumpet will sound, the dead will be raised imperishable, and we will be changed.
53 Want dit verderfelijke moet onverderfelijkheid aandoen, en dit sterfelijke moet onsterfelijkheid aandoen.
53 For the perishable must clothe itself with the imperishable, and the mortal with immortality.
54 En wanneer dit verderfelijke zal onverderfelijkheid aangedaan hebben, en dit sterfelijke zal onsterfelijkheid aangedaan hebben, alsdan zal het woord geschieden, dat geschreven is: De dood is verslonden tot overwinning.
54 When the perishable has been clothed with the imperishable, and the mortal with immortality, then the saying that is written will come true: “Death has been swallowed up in victory.”
55 Dood, waar is uw prikkel? Hel, waar is uw overwinning?
55 “Where, O death, is your victory? Where, O death, is your sting?”
56 De prikkel nu des doods is de zonde; en de kracht der zonde is de wet.
56 The sting of death is sin, and the power of sin is the law.
57 Maar Gode zij dank, Die ons de overwinning geeft door onzen Heere Jezus Christus.
57 But thanks be to God! He gives us the victory through our Lord Jesus Christ.
58 Zo dan, mijn geliefde broeders! Zijt standvastig, onbewegelijk, altijd overvloedig zijnde in het werk des Heeren, als die weet, dat uw arbeid niet ijdel is in den Heere.
58 Therefore, my dear brothers and sisters, stand firm. Let nothing move you. Always give yourselves fully to the work of the Lord, because you know that your labor in the Lord is not in vain.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.
Scripture quoted by permission.  Quotations designated (NIV) are from THE HOLY BIBLE: NEW INTERNATIONAL VERSION®.  NIV®.  Copyright © 1973, 1978, 1984, 2011 by Biblica.  All rights reserved worldwide.