Parallel Bible results for "mattheus 12:1-23"

Mattheüs 12:1-23

SVV

NIV

1 In dien tijd ging Jezus, op een sabbatdag, door het gezaaide, en Zijn discipelen hadden honger, en begonnen aren te plukken, en te eten.
1 At that time Jesus went through the grainfields on the Sabbath. His disciples were hungry and began to pick some heads of grain and eat them.
2 En de Farizeen, dat ziende, zeiden tot Hem: Zie, Uw discipelen doen, wat niet geoorloofd is te doen op den sabbat.
2 When the Pharisees saw this, they said to him, “Look! Your disciples are doing what is unlawful on the Sabbath.”
3 Maar Hij zeide tot hen: Hebt gij niet gelezen, wat David gedaan heeft, toen hem hongerde, en hun, die met hem waren?
3 He answered, “Haven’t you read what David did when he and his companions were hungry?
4 Hoe hij gegaan is in het huis Gods, en de toonbroden gegeten heeft, die hem niet geoorloofd waren te eten, noch ook hun, die met hem waren, maar den priesteren alleen.
4 He entered the house of God, and he and his companions ate the consecrated bread—which was not lawful for them to do, but only for the priests.
5 Of hebt gij niet gelezen in de wet, dat de priesters den sabbat ontheiligen in den tempel, op de sabbatdagen, en nochtans onschuldig zijn?
5 Or haven’t you read in the Law that the priests on Sabbath duty in the temple desecrate the Sabbath and yet are innocent?
6 En Ik zeg u, dat Een, meerder dan de tempel, hier is.
6 I tell you that something greater than the temple is here.
7 Doch zo gij geweten hadt, wat het zij: Ik wil barmhartigheid en niet offerande, gij zoudt de onschuldigen niet veroordeeld hebben.
7 If you had known what these words mean, ‘I desire mercy, not sacrifice,’you would not have condemned the innocent.
8 Want de Zoon des mensen is een Heere ook van den sabbat.
8 For the Son of Man is Lord of the Sabbath.”
9 En van daar voortgaande, kwam Hij in hun synagoge.
9 Going on from that place, he went into their synagogue,
10 En ziet, er was een mens, die een dorre hand had, en zij vraagden Hem, zeggende: Is het ook geoorloofd op de sabbatdagen te genezen? (opdat zij Hem mochten beschuldigen).
10 and a man with a shriveled hand was there. Looking for a reason to bring charges against Jesus, they asked him, “Is it lawful to heal on the Sabbath?”
11 En Hij zeide tot hen: Wat mens zal er zijn onder u, die een schaap heeft, en zo datzelve op een sabbatdag in een gracht valt, die hetzelve niet zal aangrijpen en uitheffen?
11 He said to them, “If any of you has a sheep and it falls into a pit on the Sabbath, will you not take hold of it and lift it out?
12 Hoe veel gaat nu een mens een schaap te boven? Zo is het dan op de sabbatdagen geoorloofd wel te doen.
12 How much more valuable is a person than a sheep! Therefore it is lawful to do good on the Sabbath.”
13 Toen zeide Hij tot dien mens: Strek uw hand uit; en hij strekte ze uit, en zij werd hersteld, gezond gelijk de andere.
13 Then he said to the man, “Stretch out your hand.” So he stretched it out and it was completely restored, just as sound as the other.
14 En de Farizeen, uitgegaan zijnde, hielden te zamen raad tegen Hem, hoe zij Hem doden mochten.
14 But the Pharisees went out and plotted how they might kill Jesus.
15 Maar Jezus, dat wetende, vertrok van daar, en vele scharen volgden Hem, en Hij genas ze allen.
15 Aware of this, Jesus withdrew from that place. A large crowd followed him, and he healed all who were ill.
16 En Hij gebood hun scherpelijk, dat zij Hem niet openbaar maken zouden;
16 He warned them not to tell others about him.
17 Opdat vervuld zou worden, hetgeen gesproken is door Jesaja, den profeet, zeggende:
17 This was to fulfill what was spoken through the prophet Isaiah:
18 Ziet, Mijn Knecht, Welken Ik verkoren heb, Mijn Beminde, in Welken Mijn ziel een welbehagen heeft; Ik zal Mijn Geest op Hem leggen, en Hij zal het oordeel den heidenen verkondigen.
18 “Here is my servant whom I have chosen, the one I love, in whom I delight; I will put my Spirit on him, and he will proclaim justice to the nations.
19 Hij zal niet twisten, noch roepen, noch zal er iemand Zijn stem op de straten horen.
19 He will not quarrel or cry out; no one will hear his voice in the streets.
20 Het gekrookte riet zal Hij niet verbreken, en het rokende lemmet zal Hij niet uitblussen, totdat Hij het oordeel zal uitbrengen tot overwinning.
20 A bruised reed he will not break, and a smoldering wick he will not snuff out, till he has brought justice through to victory.
21 En in Zijn Naam zullen de heidenen hopen.
21 In his name the nations will put their hope.”
22 Toen werd tot Hem gebracht een van den duivel bezeten, die blind en stom was; en Hij genas hem, alzo dat de blinde en stomme beide sprak en zag.
22 Then they brought him a demon-possessed man who was blind and mute, and Jesus healed him, so that he could both talk and see.
23 En al de scharen ontzetten zich, en zeiden: Is niet Deze de Zoon van David?
23 All the people were astonished and said, “Could this be the Son of David?”
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.
Scripture quoted by permission.  Quotations designated (NIV) are from THE HOLY BIBLE: NEW INTERNATIONAL VERSION®.  NIV®.  Copyright © 1973, 1978, 1984, 2011 by Biblica.  All rights reserved worldwide.