1 Samuël 2:29

29 Waarom slaat gijlieden achteruit tegen Mijn slachtoffer, en tegen Mijn spijsoffer, hetwelk Ik geboden heb in de woning; en eert uw zonen meer dan Mij, dat gijlieden u mest van het voornaamste van alle spijsoffers van Mijn volk Israel?

1 Samuël 2:29 Meaning and Commentary

1 Samuel 2:29

Wherefore kick ye at my sacrifice, and at mine offering, which
I have commanded in my habitation
To be offered in the tabernacle, where the Lord had his dwelling; which they might be said to kick and spurn at, despising them, as if there were not enough of them, nor the best of them given to them for their maintenance; a metaphor taken from cattle well fed and fat, which kick and spurn with their feet at even the owners and feeders of them. The Targum is,

``why do ye use force with the holy offerings?''

that is, take them away by force, when there was such a sufficient quantity allowed them for their support. Some understand this of their driving away such, that before used to bring their sacrifices to be offered, but being so ill treated, refrained from bringing them:

and honourest thy sons above me;
by suffering them to take their part of the sacrifices, and even what did not belong to them, before God had his part, or before the fat was burnt; and by continuing them in their office, to the dishonour of God, his name and worship, when they ought to have been turned out by him and punished; but by this he preferred the honour of his sons before the honour of God, and chose rather that he should be dishonoured, than that they should be censured:

to make yourselves fat with the chiefest of all the offerings of Israel
my people?
they took the best pieces of the peace offerings from them by force, having no right unto them; and this they did to indulge their luxury and sensuality, which Eli connived at; and it is highly probable took part of the roasted meat his sons provided for themselves, out of the choicest pieces of the offerings of the people; since he himself is included in this clause, "to make yourselves fat", as his sons might be, and it is certain he himself was, ( 1 Samuel 4:18 ) .

1 Samuël 2:29 In-Context

27 En er kwam een man Gods tot Eli, en zeide tot hem: Zo zegt de HEERE: Heb Ik Mij klaarlijk geopenbaard aan het huis uws vaders, toen zij in Egypte waren, in het huis van Farao?

28 En Ik heb hem uit alle stammen van Israel Mij ten priester verkoren, om te offeren op Mijn altaar, om het reukwerk aan te steken, om den efod voor Mijn aangezicht te dragen; en heb aan het huis uws vaders gegeven al de vuurofferen van de kinderen Israels.

29 Waarom slaat gijlieden achteruit tegen Mijn slachtoffer, en tegen Mijn spijsoffer, hetwelk Ik geboden heb in de woning; en eert uw zonen meer dan Mij, dat gijlieden u mest van het voornaamste van alle spijsoffers van Mijn volk Israel?

30 Daarom spreekt de HEERE, de God Israels: Ik had wel klaarlijk gezegd: Uw huis en uws vaders huis zouden voor Mijn aangezicht wandelen tot in eeuwigheid; maar nu spreekt de HEERE: Dat zij verre van Mij; want die Mij eren, zal Ik eren, maar die Mij versmaden, zullen licht geacht worden.

31 Zie, de dagen komen, dat Ik uw arm zal afhouwen, en den arm van uws vaders huis, dat er geen oud man in uw huis wezen zal.