2 Koningen 23:26

26 Nochtans keerde zich de HEERE van den brand Zijns groten toorns niet af, waarmede Zijn toorn brandde tegen Juda, om al de tergingen, waarmede Manasse Hem getergd had.

2 Koningen 23:26 Meaning and Commentary

2 Kings 23:26

Notwithstanding, the Lord turned not from the fierceness of
his great wrath, wherewith his anger was kindled against Judah
Notwithstanding the great reformation wrought among them; for though Josiah was a sincere reformer, and did what he did heartily, as to the Lord, according to his will, and for his glory; yet the people were not sincere in their compliance, they turned to the Lord not with their whole heart, but feignedly, ( Jeremiah 3:10 )

because of all the provocations that Manasseh had provoked him withal;
by shedding innocent blood and committing idolatry, which the people consented to and approved of, and even now privately committed idolatry, as the prophecies of Jeremiah and Zephaniah show; and it may easily be concluded that their hearts were after their idols, by their openly returning to them in the days of the sons of Josiah.

2 Koningen 23:26 In-Context

24 En ook deed Josia weg de waarzeggers, en de duivelskunstenaars, en de terafim, en de drekgoden, en alle verfoeiselen, die in het land van Juda en in Jeruzalem gezien werden; opdat hij bevestigde de woorden der wet, die geschreven waren in het boek, dat de priester Hilkia in het huis des HEEREN gevonden had.
25 En voor hem was geen koning zijns gelijke, die zich tot den HEERE, met zijn ganse hart, en met zijn ganse ziel, en met zijn ganse kracht, naar al de wet van Mozes, bekeerd had; en na hem stond zijns gelijke niet op.
26 Nochtans keerde zich de HEERE van den brand Zijns groten toorns niet af, waarmede Zijn toorn brandde tegen Juda, om al de tergingen, waarmede Manasse Hem getergd had.
27 En de HEERE zeide: Ik zal Juda ook van Mijn aangezicht wegdoen, gelijk als Ik Israel weggedaan heb; en Ik zal deze stad Jeruzalem verwerpen, die Ik verkoren heb, en het huis, waarvan Ik gezegd heb: Mijn Naam zal daar wezen.
28 Het overige nu der geschiedenissen van Josia, en al wat hij gedaan heeft, zijn die niet geschreven in het boek der kronieken der koningen van Juda?
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.