2 Kronieken 20:2

2 Toen kwamen er, die Josafat boodschapten, zeggende: Daar komt een grote menigte tegen u van gene zijde der zee, uit Syrie, en zie, zij zijn te Hazezon-Thamar, hetwelk is Engedi.

2 Kronieken 20:2 Meaning and Commentary

2 Chronicles 20:2

Then there came some that told Jehoshaphat
Deserters or spies, or some of the inhabitants of those parts where they had entered, who rode post haste to acquaint him with it:

saying, there cometh a great multitude against thee from beyond the sea
on this side Syria;
that is, beyond the Dead or Salt sea, the sea of Sodom; the Targum is,

``beyond the west of Syria,''

that sea being the western boundary of it:

and, behold, they be in Hazazontamar, which is Engedi;
(See Gill on Genesis 14:7).

2 Kronieken 20:2 In-Context

1 Het geschiedde nu na dezen, dat de kinderen Moabs, en de kinderen Ammons, en het hen anderen benevens de Ammonieten, kwamen tegen Josafat ten strijde.
2 Toen kwamen er, die Josafat boodschapten, zeggende: Daar komt een grote menigte tegen u van gene zijde der zee, uit Syrie, en zie, zij zijn te Hazezon-Thamar, hetwelk is Engedi.
3 Josafat nu vreesde, en stelde zijn aangezicht, om den HEERE te zoeken; en hij riep een vasten uit in gans Juda.
4 En Juda werd vergaderd, om van den HEERE hulp te zoeken; ook kwamen zij uit alle steden van Juda, om den HEERE te zoeken.
5 En Josafat stond in de gemeente van Juda en Jeruzalem, in het huis des HEEREN, voor het nieuwe voorhof.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.