2 Kronieken 21:18

18 En na dit alles plaagde hem de HEERE in zijn ingewand met een krankheid, daar geen genezen aan was.

2 Kronieken 21:18 Meaning and Commentary

2 Chronicles 21:18

After all this the Lord smote him in his bowels with an
incurable disease.
] What it was is not agreed upon; some take it be an "hernia", or rupture; others, the falling of the "anus", or a fistula in it; others, the colic, or iliac passion; but generally it is thought to be a dysentery, or bloody flux; the Targum is,

``the Word of the Lord broke him.''

2 Kronieken 21:18 In-Context

16 Zo verwekte de HEERE tegen Joram den geest der Filistijnen en der Arabieren, die aan de zijde der Moren zijn.
17 Die togen op in Juda, en braken daarin, en voerden alle have weg, die in het huis des konings gevonden werd, zelfs ook zijn kinderen, en zijn vrouwen; zodat hem geen zoon overgelaten werd, dan Joahaz, de kleinste zijner zonen.
18 En na dit alles plaagde hem de HEERE in zijn ingewand met een krankheid, daar geen genezen aan was.
19 Dit geschiedde van jaar tot jaar, zodat, wanneer de tijd van het einde der twee jaren uitging, zijn ingewanden met de krankheid uitgingen, dat hij stierf van boze krankheden; en zijn volk maakte hem gene branding, als de branding zijner vaderen.
20 Hij was twee en dertig jaren oud, als hij koning werd, en regeerde acht jaren te Jeruzalem; en hij ging henen zonder begeerd te zijn; en zij begroeven hem in de stad Davids, maar niet in de graven der koningen.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.