2 Thessalonicenzen 3:12

12 Doch de zodanigen bevelen en vermanen wij door onzen Heere Jezus Christus, dat zij met stilheid werkende, hun eigen brood eten.

2 Thessalonicenzen 3:12 Meaning and Commentary

2 Thessalonians 3:12

Now them that are such
For this was not the case and character of them all. Did such practices generally obtain, no community, civil or religious, could subsist. And the apostle wisely distinguishes them from others, that the innocent might not be involved in the charge.

We command and exhort by our Lord Jesus Christ;
using both authority and entreaty; taking every way to reclaim them, commanding in the name of Christ and beseeching for the sake of Christ

that with quietness they work:
with their own hands, at their proper callings, and so support themselves, provide for their families, and have something to give to them that are in need; by which means they will live peaceable and quiet lives, in godliness and honesty, and not disturb the peace of neighbourhoods, churches, and families:

and eat their own bread;
got by their own labour, and bought with their money, and not the bread of others, or that of idleness.

2 Thessalonicenzen 3:12 In-Context

10 Want ook toen wij bij u waren, hebben wij u dit bevolen, dat, zo iemand niet wil werken, hij ook niet ete.

11 Want wij horen, dat sommigen onder u ongeregeld wandelen, niet werkende, maar ijdele dingen doende.

12 Doch de zodanigen bevelen en vermanen wij door onzen Heere Jezus Christus, dat zij met stilheid werkende, hun eigen brood eten.

13 En gij, broeders, vertraagt niet in goed te doen.

14 Maar indien iemand ons woord, door deze brief geschreven, niet gehoorzaam is, tekent dien; en vermengt u niet met hem, opdat hij beschaamd worde;