Ezechiël 12:20

20 En de bewoonde steden zullen woest worden, en het land zal een wildernis zijn; en gij zult weten, dat Ik de HEERE ben.

Ezechiël 12:20 Meaning and Commentary

Ezekiel 12:20

And the cities that are inhabited shall be laid waste
Not only the city of Jerusalem, but the other cities of Judea; as they were by the Chaldeans, which were then full of inhabitants: and the land shall be desolate;
the whole land of Judea be destitute of men and cattle, and lie uncultivated, and become barren and unfruitful: and ye shall know that I [am] the Lord;
who were then captives in Babylon, as well as those who should be dispersed among the nations would; see ( Ezekiel 12:15 Ezekiel 12:16 ) .

Ezechiël 12:20 In-Context

18 Mensenkind, gij zult uw brood eten met beven, en uw water zult gij met beroerte en met kommer drinken.
19 En gij zult tot het volk des lands zeggen: Alzo zegt de Heere HEERE, van de inwoners van Jeruzalem, in het land Israels: Zij zullen hun brood met kommer eten, en hun water zullen zij met verbaasdheid drinken, omdat hun land woest zal worden van zijn volheid, vanwege het geweld van al degenen, die daarin wonen;
20 En de bewoonde steden zullen woest worden, en het land zal een wildernis zijn; en gij zult weten, dat Ik de HEERE ben.
21 Wederom geschiedde het woord des HEEREN tot mij, zeggende:
22 Mensenkind, wat is dit voor een spreekwoord, dat gijlieden hebt in het land Israels, zeggende: de dagen zullen verlengd worden, en al het gezicht zal vergaan?
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.