Ezechiël 13:20

20 Daarom, zo zegt de Heere HEERE: Ziet, Ik wil aan uw kussens, waarmede gij aldaar de zielen jaagt naar de bloemhoven, en Ik zal ze uit uw armen wegscheuren; en Ik zal die zielen losmaken, de zielen, die gij jaagt naar de bloemhoven.

Ezechiël 13:20 Meaning and Commentary

Ezekiel 13:20

Wherefore thus saith the Lord God, behold, I [am] against
your pillows
Not only had an abhorrence of them, but was determined to destroy them, detect their fallacies, and expose the folly of such actions, and them to shame and contempt: wherewith ye there hunt the souls to make [them] fly;
to the places where they prophesied; into the toils and nets they spread for them, in order to catch them with their divinations and prophecies, and make a gain of them: or, "into the gardens", or "groves" F15; there to commit idolatry, ( Isaiah 65:3 ) ; and I will tear them from your arms;
by which it seems that those pillows were not only put under the arms of those that came to inquire of these female prophets or fortune tellers; but they put them under their own arms, and lay upon them as if they were asleep, and in a trance or ecstasy; and so the kerchiefs or veils were upon their heads, which covered their faces, to show that they were quite retired from the world, and wholly attentive to the visions and revelations they pretended were made them by the Lord; and which they gave out, in this superstitious way, to the credulous people that flocked about them: and will let the souls go, [even] the souls that ye hunt to make [them]
fly;
which were captivated with their superstitions; drawn into their nets and snares; decoyed into the gardens, where they were prevailed upon to sacrifice to idols, and were taken with their soothsaying and lying divinations; these the Lord promises to break the snare for them, and set them at liberty, and preserve them from that ruin and destruction they were ready to come into; see ( Psalms 124:7 ) .


FOOTNOTES:

F15 (twxrpl) "in floralia", Junius & Tremellius, Polanus, Starckius; "in floridis hortis", Piscator.

Ezechiël 13:20 In-Context

18 En zeg: Zo zegt de Heere HEERE: Wee die vrouwen, die kussens naaien voor alle okselen der armen, en maken hoofddeksels voor het hoofd van alle statuur, om de zielen te jagen! Zult gij de zielen Mijns volks jagen, en zult gij u de zielen in het leven behouden?
19 En zult gij Mij ontheiligen bij Mijn volk, voor handvollen van gerst, en voor stukken broods, om zielen te doden, die niet zouden sterven, en om zielen in het leven te behouden, die niet zouden leven, door uw liegen tot Mijn volk, dat de leugen hoort?
20 Daarom, zo zegt de Heere HEERE: Ziet, Ik wil aan uw kussens, waarmede gij aldaar de zielen jaagt naar de bloemhoven, en Ik zal ze uit uw armen wegscheuren; en Ik zal die zielen losmaken, de zielen, die gij jaagt naar de bloemhoven.
21 Daartoe zal Ik uw hoofddeksels scheuren, en Mijn volk uit uw hand redden, zodat zij niet meer in uw hand zullen zijn tot een jacht; en gij zult weten, dat Ik de HEERE ben.
22 Omdat gijlieden het hart des rechtvaardigen door valsheid hebt bedroefd gemaakt, daar Ik hem geen smart aangedaan heb; en omdat gij de handen des goddelozen gesterkt hebt, opdat hij zich van zijn bozen weg niet afkeren zou, dat Ik hem in het leven behield;
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.