Ezra 1:1

1 In het eerste jaar nu van Kores, koning van Perzie, opdat volbracht wierd het woord des HEEREN, uit den mond van Jeremia, verwekte de HEERE den geest van Kores, koning van Perzie, dat hij een stem liet doorgaan door zijn ganse koninkrijk, zelfs ook in geschrift, zeggende:

Ezra 1:1 Meaning and Commentary

Ezra 1:1

Now in the first year of Cyrus king of Persia
Not in the first of his reign over Persia, for he had been many years king over that, and now had all the kingdoms of the earth given him, ( Ezra 1:2 ) , but over Babylon, and the dominions belonging to it, which commenced with Darius upon the taking of Babylon; he reigned in all thirty years, as Cicero F7 from a Persian writer relates; or twenty nine, according to Herodotus F8; but in what year this was is not certain; Africanus F9, has proved, from various historians, that it was the first year of the fifty fifth Olympiad, perhaps about the twentieth of Cyrus's Persian government F11; (See Gill on Daniel 10:1),

that the word of the Lord, by the mouth of Jeremiah, might be
fulfilled;
which foretold that the Jews should return from their captivity at the end of seventy years, which fell on the first of Cyrus, reckoning from the fourth of Jehoiakim, and the first of Nebuchadnezzar, see ( Jeremiah 25:1 Jeremiah 25:11 Jeremiah 25:12 ) ( 29:10 ) .

The Lord stirred up the spirit of Cyrus king of Persia;
who has the hearts of all men in his hands, and even of the kings of the earth, and can turn them as he pleases; he wrought upon him, put it into his heart, enlightened his mind, showed him what was right, and his duty to do, and pressed him to the performance of it; so that he could not be easy until he had done it, and he was made thoroughly willing, and even eager to do it:

that he made a proclamation throughout all his kingdom,
and put it also in writing; gave it in writing to his heralds to read and proclaim throughout all his dominions:

saying;
as follows.


FOOTNOTES:

F7 De Divinatione, l. 1.
F8 Clio, sive, l. 1. c. 214.
F9 Apud Euseb. Praepar. Evangel. l. 10. c. 10. p. 488.
F11 Nic. Abrami Pharus, p. 303.

Ezra 1:1 In-Context

1 In het eerste jaar nu van Kores, koning van Perzie, opdat volbracht wierd het woord des HEEREN, uit den mond van Jeremia, verwekte de HEERE den geest van Kores, koning van Perzie, dat hij een stem liet doorgaan door zijn ganse koninkrijk, zelfs ook in geschrift, zeggende:
2 Zo zegt Kores, koning van Perzie: De HEERE, de God des hemels, heeft mij alle koninkrijken der aarde gegeven; en Hij heeft mij bevolen Hem een huis te bouwen te Jeruzalem, hetwelk in Juda is.
3 Wie is onder ulieden van al Zijn volk? Zijn God zij met hem, en hij trekke op naar Jeruzalem, dat in Juda is, en hij bouwe het huis des HEEREN, des Gods van Israel; Hij is de God, Die te Jeruzalem woont.
4 En al wie achterblijven zou in enige plaatsen, waar hij als vreemdeling verkeert, dien zullen de lieden zijner plaats bevorderlijk zijn met zilver, en met goud, en met have, en met beesten; benevens een vrijwillige gave, voor het huis Gods, Die te Jeruzalem woont.
5 Toen maakten zich op de hoofden der vaderen van Juda en Benjamin, en de priesteren en de Levieten, benevens een iegelijk, wiens geest God verwekte, dat zij optrokken om te bouwen het huis des HEEREN, die te Jeruzalem woont.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.