Genesis 27:31

31 Hij nu maakte smakelijke spijzen toe, en bracht die tot zijn vader; en hij zeide tot zijn vader: Mijn vader sta op en ete van het wildbraad zijns zoons, opdat uw ziel mij zegene.

Genesis 27:31 Meaning and Commentary

Genesis 27:31

And he also made savoury meat, and brought it unto his
father
Which was made of real venison, or of creatures taken in hunting, and not like Jacob's, made of other flesh, in imitation of it; for what the Jewish writers F1 say is not to be regarded, that he was hindered from getting true venison, by angels loosing the deer he bound; still less what the Targum of Jonathan says, that he killed a dog, made savoury meat of it, and brought it to his father: and said unto his father, let my father arise, and eat of his son's
venison, that thy soul may bless me;
this address is made by Esau to his father in a very respectful manner, as became a dutiful son to an aged and honoured parent; who in obedience to his command had prepared agreeable food for him, and now brought it to him, in order to receive his blessing, which he had himself proposed to give him upon it.


FOOTNOTES:

F1 Bereshit Rabba, sect. 67. fol. 59. 3.

Genesis 27:31 In-Context

29 Volken zullen u dienen, en natien zullen zich voor u nederbuigen; wees heer over uw broederen, en de zonen uwer moeder zullen zich voor u nederbuigen! Vervloekt moet hij zijn, wie u vervloekt; en wie u zegent, zij gezegend!
30 En het geschiedde, als Izak voleindigd had Jakob te zegenen, zo geschiedde het, toen Jakob maar even van het aangezicht van zijn vader Izak uitgegaan was, dat Ezau, zijn broeder, van zijn jacht kwam.
31 Hij nu maakte smakelijke spijzen toe, en bracht die tot zijn vader; en hij zeide tot zijn vader: Mijn vader sta op en ete van het wildbraad zijns zoons, opdat uw ziel mij zegene.
32 En Izak, zijn vader, zeide tot hem: Wie zijt gij? En hij zeide: Ik ben uw zoon, uw eerstgeborene, Ezau.
33 Toen verschrikte Izak met zeer grote verschrikking, gans zeer, en zeide: Wie is hij dan, die het wildbraad gejaagd en tot mij gebracht heeft? en ik heb van alles gegeten, eer gij kwaamt, en heb hem gezegend; ook zal hij gezegend wezen.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.