Handelingen 12:25

25 Barnabas nu en Saulus keerden wederom van Jeruzalem, als zij den dienst volbracht hadden, medegenomen hebbende ook Johannes, die toegenaamd werd Markus.

Handelingen 12:25 Meaning and Commentary

Acts 12:25

And Barnabas and Saul returned from Jerusalem
Two of Beza's exemplars, the Complutensian edition and the Syriac version, add, "unto Antioch"; and certain it is, that from thence they were sent, and thither they returned, for we find them there in the beginning of the next chapter:

when they had fulfilled their ministry;
which was the carrying the relief, or the money collected by the Christians at Antioch, for the brethren in Judea, on account of the famine that was there:

and took with them John, whose surname was Mark:
the son of Mary, at whose house the disciples were met together, and praying; and where Peter first went, after he was delivered from prison, ( Acts 12:12 ) him they brought with them from Jerusalem to Antioch, being a kinsman of Barnabas; and a man of promising gifts and usefulness, and judged to be a fit companion with them in their travels, for the spread of the Gospel.

Handelingen 12:25 In-Context

23 En van stonde aan sloeg hem een engel des Heeren, daarom dat hij Gode de eer niet gaf; en hij werd van de wormen gegeten, en gaf den geest.

24 En het Woord Gods wies, en vermenigvuldigde.

25 Barnabas nu en Saulus keerden wederom van Jeruzalem, als zij den dienst volbracht hadden, medegenomen hebbende ook Johannes, die toegenaamd werd Markus.