Jeremia 1:2

2 Tot welken het woord des HEEREN geschiedde, in de dagen van Josia, zoon van Amon, koning van Juda, in het dertiende jaar zijner regering.

Jeremia 1:2 Meaning and Commentary

Jeremiah 1:2

To whom the word of the Lord came in the days of Josiah
This was the beginning of the prophecy of Jeremiah, so that he prophesied long after Isaiah, Hosea, Amos, and Micah; for this king was the son of Amon king of Judah,
which Amon was the son of Manasseh; the Septuagint and Arabic versions wrongly call him Amos; and Jeremiah began to prophesy in the thirteenth year of his reign:
in the twenty first of Josiah's age, for he began to reign when he was eight years old, and he reigned eighteen years after, for he reigned in all thirty one years; and it was five years after this that the book of the law was found by Hilkiah the high priest, ( 2 Kings 22:3 ) .

Jeremia 1:2 In-Context

1 De woorden van Jeremia, den zoon van Hilkia, uit de priesteren, die te Anathoth waren, in het land van Benjamin;
2 Tot welken het woord des HEEREN geschiedde, in de dagen van Josia, zoon van Amon, koning van Juda, in het dertiende jaar zijner regering.
3 Ook geschiedde het tot hem in de dagen van Jojakim, zoon van Josia, koning van Juda, totdat voleind werd het elfde jaar van Zedekia, zoon van Josia, koning van Juda; totdat Jeruzalem gevankelijk werd weggevoerd in de vijfde maand.
4 Het woord des HEEREN dan geschiedde tot mij, zeggende:
5 Eer Ik u in moeders buik formeerde, heb Ik u gekend, en eer gij uit de baarmoeder voortkwaamt, heb Ik u geheiligd; Ik heb u den volken tot een profeet gesteld.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.