Jeremia 25:11

11 En dit ganse land zal worden tot een woestheid, tot een ontzetting; en deze volken zullen den koning van Babel dienen zeventig jaren.

Jeremia 25:11 Meaning and Commentary

Jeremiah 25:11

And this whole land shall be a desolation
Not only the city of Jerusalem, but all Judea, without inhabitants, or very few, and shall be uncultivated, and become barren and unfruitful: [and] an astonishment;
to all other nations, and to all persons that pass through, beholding the desolations of it: and other nations shall serve the king of Babylon seventy years;
both the Jews, and other nations of Egypt, reckoning from the date of this prophecy, the fourth year of Jehoiakim's reign, when Daniel and others were carried captive, ( Daniel 1:1-6 ) ; to the first year of Cyrus.

Jeremia 25:11 In-Context

9 Ziet, Ik zal zenden, en nemen alle geslachten van het noorden, spreekt de HEERE; en tot Nebukadrezar, den koning van Babel, Mijn knecht; en zal ze brengen over dit land, en over de inwoners van hetzelve, en over al deze volken rondom; en Ik zal ze verbannen, en zal ze stellen tot een ontzetting, en tot een aanfluiting, en tot eeuwige woestheden.
10 En Ik zal van hen doen vergaan de stem der vrolijkheid en de stem de vreugde, de stem des bruidegoms en de stem der bruid, het geluid der molens en het licht der lamp.
11 En dit ganse land zal worden tot een woestheid, tot een ontzetting; en deze volken zullen den koning van Babel dienen zeventig jaren.
12 Maar het zal geschieden, als de zeventig jaren vervuld zijn, dan zal Ik over den koning van Babel, en over dat volk, spreekt de HEERE, hun ongerechtigheid bezoeken, mitsgaders over het land der Chaldeen, en zal dat stellen tot eeuwige verwoestingen.
13 En Ik zal over dat land brengen al Mijn woorden, die Ik daarover gesproken heb; al wat in dit boek geschreven is, wat Jeremia geprofeteerd heeft over al deze volken.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.