Jeremia 7:34

34 En Ik zal uit de steden van Juda en uit de straten van Jeruzalem doen ophouden de stem der vrolijkheid en de stem der vreugde, de stem des bruidegoms en de stem der bruid; want het land zal tot een verwoesting worden.

Jeremia 7:34 Meaning and Commentary

Jeremiah 7:34

Then will I cause to cease from the cities of Judah, and from
the streets of Jerusalem
Signifying that the devastation should not only be in and about Jerusalem, but should reach all over the land of Judea; since in all cities, towns, and villages, would cease the voice of mirth, and the voice of gladness;
upon any account whatever; and, instead of that, mourning, weeping, and lamentation: the voice of the bridegroom, and the voice of the bride;
no marrying, and giving in marriage, and so no expressions of joy on such occasions; and consequently no likelihood, at present, of repeopling the city of Jerusalem, and the other cities of Judah: for the land shall be desolate;
without people to dwell in it, and till it. The Septuagint, Syriac, and Arabic versions, read, "the whole land".

Jeremia 7:34 In-Context

32 Daarom ziet, de dagen komen, spreekt de HEERE, dat het niet meer zal geheten worden Tofeth, noch dal des zoons van Hinnom, maar moorddal; en zij zullen ze in Tofeth begraven, omdat er geen plaats zal zijn.
33 En de dode lichamen dezes volks zullen het gevogelte des hemels, en het gedierte der aarde tot spijze zijn, en niemand zal ze afschrikken.
34 En Ik zal uit de steden van Juda en uit de straten van Jeruzalem doen ophouden de stem der vrolijkheid en de stem der vreugde, de stem des bruidegoms en de stem der bruid; want het land zal tot een verwoesting worden.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.