Jesaja 29:10

10 Want de HEERE heeft over ulieden uitgegoten een geest des diepen slaaps, en Hij heeft uw ogen toegesloten; de profeten, en uw hoofden, en de zieners heeft Hij verblind.

Jesaja 29:10 Meaning and Commentary

Isaiah 29:10

For the Lord hath poured out upon you a spirit of deep
sleep
Gave them up to a stupid frame of spirit; to a reprobate mind, a mind void of judgment and sense; to judicial blindness and hardness of heart: this was remarkably fulfilled in the Jews, in the times of Christ and his apostles, who choosing darkness rather than the light of the Gospel, which shone around them, were righteously given up to such a temper of mind; and to nothing else can be imputed their obstinate rejection of the Messiah, against the most glaring light and evidence. The Apostle Paul produces this passage, in proof of that blindness that had happened unto them in his time, ( Romans 11:7 Romans 11:8 ) : and hath closed your eyes;
that is, the eyes of their understandings, so that they could not see the characters of the Messiah, and the fulfilment of prophecies in Jesus of Nazareth; nor the danger they were in, nor the ruin that was coming upon their nation, nor even when it was come, still flattering themselves with safety and deliverance: the prophets and your rulers, the seers hath he covered;
the eyes of them, as before; not only the common people were blinded, but even the Scribes and Pharisees, the elders of the people, their ecclesiastical rulers, who pretended to be seers, and to know more than others; even "for judgment", for the judicial blindness and hardness of these Christ "came, that they which see might be made blind", ( John 9:39 ) . The words may be rendered, "your heads, the seers, hath he covered" ^F20; and there may be an allusion to the covering of the head with a veil, an emblem of that veil of ignorance and infidelity which still remains upon the Jews. The Targum renders it,

``the prophets, and the Scribes, and the teachers that teach the law.''

---

FOOTNOTES:

F20 (Mkyvarw) "et capita vestra, videntes, operuit", Montanus. So Cocceius.

Jesaja 29:10 In-Context

8 Het zal alzo zijn, gelijk wanneer een hongerige droomt, en ziet, hij eet; maar als hij ontwaakt, zo is zijn ziel ledig; of, gelijk als wanneer een dorstige droomt, en ziet, hij drinkt; maar als hij ontwaakt, ziet, zo is hij nog mat, en zijn ziel is begerig; alzo zal de menigte aller heidenen zijn, die tegen den berg Sion krijgen.

9 Zij vertoeven, daarom verwondert u; zij zijn vrolijk, derhalve roept gijlieden; zij zijn dronken, maar niet van wijn; zij waggelen, maar niet van sterken drank.

10 Want de HEERE heeft over ulieden uitgegoten een geest des diepen slaaps, en Hij heeft uw ogen toegesloten; de profeten, en uw hoofden, en de zieners heeft Hij verblind.

11 Daarom is ulieden alle gezicht geworden als de woorden van een verzegeld boek, hetwelk men geeft aan een, die lezen kan, zeggende: Lees toch dit; en hij zegt: Ik kan niet, want het is verzegeld.

12 Of men geeft het boek aan een, die niet lezen kan, zeggende: Lees toch dit; en hij zegt: Ik kan niet lezen.