Jozua 9:3

3 Als de inwoners te Gibeon hoorden, wat Jozua met Jericho en met Ai gedaan had,

Jozua 9:3 Meaning and Commentary

Joshua 9:3

And when the inhabitants of Gibeon
A large and royal city, a metropolitan one, which had three others belonging to it, and under it, mentioned ( Joshua 9:17 ) ; see ( Joshua 10:2 ) ; no mention is made of any king over them, perhaps they were governed by elders, ( Joshua 9:11 ) . Though an Arabic writer F8 says, the king of Gibeon wrote to Joshua, and desired security, and sent him large gifts, whom having preserved in safety, Joshua placed on his throne: when these

heard what Joshua had done to Jericho and Ai;
had taken the one in a miraculous way, and the other by a stratagem, and had burnt them both, destroyed the inhabitants, plundered their substance, and slew both their kings, all which struck them with terror.


FOOTNOTES:

F8 Patricides, p. 30. apud Hottinger. Smegm. Oriental. l. 1. c. 8. p. 507.

Jozua 9:3 In-Context

1 En het geschiedde, toen dit hoorden al de koningen, die aan deze zijde van de Jordaan waren, op het gebergte, en in de laagte, en aan alle havens der grote zee, tegenover den Libanon: de Hethieten, en de Amorieten, de Kanaanieten, de Ferezieten, de Hevieten, en de Jebusieten;
2 Zo vergaderden zij zich samen, om tegen Jozua en tegen Israel te krijgen, eenmoediglijk.
3 Als de inwoners te Gibeon hoorden, wat Jozua met Jericho en met Ai gedaan had,
4 Zo handelden zij ook arglistiglijk, en gingen heen, en veinsden zich gezanten te zijn, en zij namen oude zakken op hun ezels, en oude en gescheurde, en samengebonden lederen wijnzakken;
5 Ook oude en bevlekte schoenen aan hun voeten, en zij hadden oude klederen aan, en al het brood, dat zij op hun reize hadden, was droog en beschimmeld.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.