Leviticus 11:25

25 Zo wie van hun dood aas gedragen zal hebben, zal zijn klederen wassen, en onrein zijn tot aan den avond.

Leviticus 11:25 Meaning and Commentary

Leviticus 11:25

And whosoever beareth [ought] of the carcass of them
That carries them from one place to another, out of the camp, city, village, or house or field where they may lie; and though this is done with a good design, as being offensive or infectious, yet such an one

shall wash his clothes, and be unclean until the even;
from whence both Jarchi and Aben Ezra infer, that the pollution by hearing or carrying is greater than that by touching; since such a man, so defiled, was obliged to wash his clothes as well as his body; so saints, that have contracted pollution by any manner of sin, are to wash their garments and make them white in the blood of the Lamb, ( Revelation 7:14 ) .

Leviticus 11:25 In-Context

23 En alle kruipend gevogelte, dat vier voeten heeft, zal u een verfoeisel zijn.
24 En aan deze zult gij verontreinigd worden; zo wie hun dood aas zal aangeroerd hebben, zal onrein zijn tot aan den avond.
25 Zo wie van hun dood aas gedragen zal hebben, zal zijn klederen wassen, en onrein zijn tot aan den avond.
26 Alle beest, dat den klauw verdeelt, doch de klove niet in tweeen klieft, en niet herkauwt, zal u onrein zijn; zo wie hetzelve aangeroerd zal hebben, zal onrein zijn.
27 En al wat op zijn poten gaat onder alle gedierte, op vier voeten gaande, die zullen u onrein zijn; al wie hun dood aas aangeroerd zal hebben, zal onrein zijn tot aan den avond.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.