Nehemia 12:33

33 En Azarja, Ezra, en Mesullam,

Nehemia 12:33 Meaning and Commentary

Nehemiah 12:33

And Azariah, Ezra, and Meshullam.
] Not Ezra the priest and the scribe, for he has another place assigned him in this procession, ( Nehemiah 12:36 ) , but this seems to be one of the princes.

Nehemia 12:33 In-Context

31 Toen deed ik de vorsten van Juda opgaan op den muur; en ik stelde twee grote dankkoren en omgangen, een ter rechterhand op den muur, naar de Mistpoort toe.
32 En achter hen ging Hosaja, en de helft der vorsten van Juda.
33 En Azarja, Ezra, en Mesullam,
34 Juda, en Benjamin, en Semaja, en Jeremia;
35 En van de priesters kinderen met trompetten: Zecharja, de zoon van Jonathan, den zoon van Semaja, den zoon van Matthanja, den zoon van Michaja, den zoon van Zakkur, den zoon van Asaf;
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.